4M - L15 P1 - uitleg MO's + start K3

1 / 25
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Herhaling uitleg
MO1 een MO2

Aussprache

Woordenschat en Redemittel

Slide 2 - Slide

Periode 2
An diesem Freitag: 
Deadline MO1

Am 23. Oktober: SO1

Toetsweek: MO2





-

Slide 3 - Slide

spreekopdracht 1: Stell dich mal vor!
1
Je wilt je aanmelden voor een zomerbaantje op een grote camping in Zuid-Duitsland. Een vriend(in) van je gaat daar werken omdat zijn/haar oom de eigenaar van de camping is. Het lijkt je wel gezellig om mee te gaan en bovendien heb jij meer ervaring in de sector. Het gaat om een periode van 6 weken en je kunt daar gratis op de camping verblijven gedurende deze tijd. Stel jezelf voor. Leg uit op welke afdelingen jij een bijdrage zou kunnen leveren, bijv. ervaring in de horeca / handig met techniek/ social media / grasmaaien. Je stuurt een videoboodschap om de eigenaar van de camping te overtuigen om jou ook een leuk baantje te geven.
2
Je wilt je aanmelden voor een interessant traineeship in Berlijn bij een grote internationale firma, maar helaas biedt deze firma geen woonruimte aan de trainees. Jij moet dus zelf op zoek naar een kamer in Berlijn. Je komt erachter dat veel appartementen best groot zijn en vaak gedeeld worden om op de huurkosten te besparen. Een gedeelde woning wordt een WG genoemd en het aanbod is groot. Jij hebt een fantastisch appartement vlakbij je werk gevonden en nu wil je je toekomstige huisgenoten overtuigen om jou de sleutel van dit topappartement te geven. Jij wilt graag opvallen en vertelt in een videoboodschap wie je bent en wat voor een huisgenoot jij zult zijn.

Maak een Duits gesproken instructievideo, waarin je iets waar je goed in bent, uitlegt of laat zien. Je stelt jezelf kort voor en je vertelt wat jouw ervaring is met datgene wat je laat zien.  









Slide 4 - Slide

spreekopdracht 1: stell dich mal vor

3: Maak een Duits gesproken instructievideo, waarin je iets waar je goed in bent, uitlegt of laat zien. Je stelt jezelf kort voor en je vertelt wat jouw ervaring is met datgene wat je laat zien.

Voorwaarden en eisen van de opdracht:
- duur van de video is 4 tot 6 minuten, hiervan moet een groot deel (min 60%) gesproken zijn
- je spreekt Duits
- je spreekt vrij (dus niet voorlezen)
- afhankelijk van het scenario dat je kiest, moeten de opening en afsluiting gepast zijn.
- je stelt jezelf voor
- je moet op de video te zien zijn
- geen luide achtergrondmuziek of -geluiden
- je wordt beoordeeld op woordenschat, grammatica, uitspraak, vloeiendheid en communicatie
- afwijken van de opdracht? Bespreek dat met je docent(e).
- de video wordt ingeleverd in één van de volgende formaten: .mp4/ .avi / .mpeg/ .wma/ .mov
- de video wordt in week 50 (Deadline = vrijdag 17 dec 23:00u) ingeleverd via SOM/ e-mail  














Slide 5 - Slide

SO1
grammatica en woordjes:
grammaticadeel werkwoorden (eerder al afgesloten)
+
woordjes Kapitel 1 t/m 5

Slide 6 - Slide

Start Kapitel 3
Kapitel 1:
de weg vragen /wijzen
een kamer boeken in een hotel

Kapitel 2:
treinkaartje kopen & reisinformatie vragen/geven
informatie geven/  vragen rondom attracties

Slide 7 - Slide

der Aufzug
Nichtraucherzimmer
der Fernseher
Restaurant
die Seife
der Schlüssel
Kleiderreinigung
Bar

Slide 8 - Drag question

Föhn
Haustiere willkommen
Koffer
Minibar
Schwimmbad
Konferenzraum
Solarium

Slide 9 - Drag question

Weet u misschien waar de conducteur is?

A
Wissen Sie vielleicht wo der Schaffner ist?
B
Wissen Sie vielleicht wo der Bahnfahrer ist?

Slide 10 - Quiz

Ik wil graag twee retourtjes naar Berlijn.
A
Ich möchte gern zwei Doppeltfahrkarten zu Berlin.
B
Ich möchte gern zwei Rückfahrkarten nach Berlin.

Slide 11 - Quiz

De trein vertrekt om 10 uur.

Slide 12 - Open question

Vanaf welk spoor vertrekt de trein?

Slide 13 - Open question

Musea vind ik helemaal niet leuk.

Slide 14 - Open question

spreekopdracht 2 (MO2)
nog in te plannen - tijdens toetsweek

Slide 15 - Slide

Hoe spreek je de 's' uit in woorden als 'See' en 'Sommer'?
A
als een s
B
als een z
C
als ts
D
als sj

Slide 16 - Quiz

Hoe spreek je de 'g' uit in woorden als 'gerne' en 'Geld'?
A
gewoon als onze g
B
als sch
C
als een k
D
als de Engelse g in 'garden' en 'girl'

Slide 17 - Quiz

Hoe spreek je 'ä' uit?
A
als a of aa
B
als e of ee
C
als aj
D
als eu

Slide 18 - Quiz

Hoe spreek je 'u' uit?
A
als [uu] in vuur
B
als [oo] in boot
C
als [oe] in boek
D
als [ui] in huis

Slide 19 - Quiz

Hoe spreek je het volgende woord uit:
'vierzehn'?
A
[vierzeen]
B
[vierzen]
C
[viertseen]
D
[viertsen]

Slide 20 - Quiz

Hoe spreek je het volgende woord uit: 'schön'?
A
[schoon]
B
[scheun]
C
[scheun]
D
[sjeun]

Slide 21 - Quiz

Hoe spreek je het volgende woord uit: 'weiß'?
A
[waib]
B
[waip]
C
[waitz]
D
[wais]

Slide 22 - Quiz

a - kort   →   Katze
a - lang  →  Bahn

o - kort   →  Bonn
o - lang →  Boot

u  - kort  →  kurz
u  -  lang   →  Huhn

e  - kort   →   denn
e  - lang   →   drehen


ä  - kort  → Märchen
ä   - lang   → Käse

ö  -  kort  → völlig
ö  - lang → hören

ü - kort  → Hülle
ü  -  lang  →  Tüte

i  - kort  → ich
i(e)  - lang  → liebe

Slide 23 - Slide

y  →  Typ
maar niet in leenwoorden!
(Hobby / Baby)

ei → reisen

au  →  Haus
aü  → Häuser

eu → Heute




G-klanken
begin van het woord? Goodbye
Ach-Laute
Ich-Laute

Z → Zaun

s  → sie
sp  → spielen
sch  → Schiff

Slide 24 - Slide

Tips
- luister / check hoe iets wordt uitgesproken
- maak de lange klinkers ook echt lang
- na een K / P / T een extra H uitspreken
- vermijd Engels!

Slide 25 - Slide