Werkwoordelijke gezegde en bijvoeglijk naamwoord

1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Klasindeling VC1a
Tessa van S / Roel
Youri / Youri
Florine / Dave
Dina / Mats
Femke / Tycho
Jens van Schie /  Alisha

Docent

Ryan / Sam
Mike /  Madeleine S/ Stijn 
Kai Lu / Shana / Coen
Jens van D. /  Anna / Kerem
Kerem / Milan / Quinten
Tijn / Tessa Z. / Delana

Slide 2 - Slide

Komende week
*Vandaag: werkwoordelijk gezegde nakijken,  
bijvoeglijk naamwoord bespreken, lezen en opdrachten maken.
*12 december: definitie
*13 december: oefenen hfst. 2
*17 december: toets

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Werkwoordelijk gezegde
- Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit de persoonsvorm plus de andere werkwoorden in de zin. 
Barbara wil piano leren spelen.  
wg= wil spelen 

- Staat 'te'of 'aan het'voor het werkwoord? Dit hoort bij het wg.
Kees ligt in een hangmat te lezen. 
wg= ligt te lezen 

- Soms is het wg een werkwoordelijke uitdrukking.
De inbrekers kozen het hazenpad

Slide 5 - Slide

Opdracht 3 

De leerlingen hebben de nieuwe docent Frans geregeld op de kast gejaagd.
 
ow =  

wg = 

Slide 6 - Slide



Bij zijn dertigste inbraak liep de crimineel uiteindelijk tegen de lamp.
 
ow = 

wg = 

Slide 7 - Slide



Na de nederlaag stak de trainer zijn speelsters een hart onder de riem. 

ow = 

wg = 

Slide 8 - Slide


a. Op de kast jagen   - boos maken 
b. Tegen de lamp lopen  - betrapt worden 
c. Een hart onder de riem steken - moed inspreken 
d. De draak steken   - bespotten 
e. Aan de tand voelen   - ondervragen 
f. Met de noorderzon vertrekken - stilletjes/ongemerkt vertrekken 

Slide 9 - Slide

Opdracht 4:
Op tweejarige leeftijd werd de orka Keiko gevangen door IJslandse jagers. 
ow  = 
wg = 

Tien jaar later speelde hij mee in de film Free Willy. 
ow  = 
wg = 

Slide 10 - Slide

Daardoor begonnen mensen na te denken over het lot van het dier in gevangenschap. 
ow  = 
wg = 

De vervolgfilm leverde Warner Bros. veel geld op.  
ow  = 
wg = 

Slide 11 - Slide

Met een deel ervan werd Keiko voorbereid op een leven in het wild.  
ow  = 
wg = 

Dat proces bleek moeilijk te verlopen.  
ow  = 
wg = 

Slide 12 - Slide

Woordsoorten: Bijvoeglijk naamwoord

Slide 13 - Slide

Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.
  1. Een bijvoeglijk naamwoord staat meestal vóór een zelfstandig naamwoord.
  2. Staat soms verderop in de zin.
  3. Een bijvoeglijk naamwoord kent de 'trappen van vergelijking'.
  4. Het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord staat altijd vóór het zelfstandig naamwoord, eindigt meestal op -en en heeft géén trappen van vergelijking.

Slide 14 - Slide

Kijk naar onderstaande video
en
Aan de slag!
Maak opdracht 1, 2 en 3

Slide 15 - Slide

timer
30:00
Voor je boekverslag zoek je een opdracht uit op de volgende website:  
https://lentizvoorbeeldwebsite.weebly.com/klas-1.html

Slide 16 - Slide