Herhaling Hf 3

Herhaling HF 3
Naamgeving en reactievergelijkingen kloppend maken
1 / 46
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Herhaling HF 3
Naamgeving en reactievergelijkingen kloppend maken

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Reactievergelijking kloppend maken
Voorbeeldvraag: 
Bij de verbranding van methaan met zuurstof komen koolstofdioxide en water vrij. 
Stel de reactievergelijking op. 

Oplossing: 
Reactievergelijking opstellen in 4 stappen

Slide 14 - Slide

Reactievergelijking kloppend maken

Slide 15 - Slide

Reactievergelijking kloppend maken

Slide 16 - Slide

Reactievergelijking kloppend maken

Slide 17 - Slide

Reactievergelijking kloppend maken

Slide 18 - Slide

Welk cijfer moet er op de plek van [a] en [b] staan?
A
a = 6 + b = 12
B
a = 3 en b = 9
C
a = 4 en b = 2
D
a = 6 en b = 6

Slide 19 - Quiz

Welk cijfer moet er op de plek van [a] en [b] staan?
A
a = 2 + b = 10
B
a = 3 en b = 5
C
a = 4 en b = 7
D
a = 2 en b = 8

Slide 20 - Quiz

Los deze reactievergelijking zelf op: 




Antwoord

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Slide 24 - Slide


Wat is de naam van Na2O ?
A
Natriumoxide
B
Dinatriumoxide
C
Natriumzuurstof
D
Natrium(II)oxide

Slide 25 - Quiz

Wat is de naam van CuO ?
A
Koperoxide
B
Koper(I)oxide
C
Koper(II)oxide
D
Koper(III)oxide

Slide 26 - Quiz


Wat is de naam van NO2 ?
A
Stikstofoxide
B
Stikstof(I)oxide
C
Stikstof(II)oxide
D
Stikstofdioxide

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Link

Hf 4
Chemisch rekenen

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Huiswerk
Opgave 1  t/m 8
Opdracht 39 naamgeving zouten (VWO4+) van ELO

Van de 25 vragen op VWO4+ moet de score minimaal 6,0 zijn; dit geldt zowel voor namen geven als formules maken."

Slide 40 - Slide

Ik vond de les van vandaag...
😒🙁😐🙂😃

Slide 41 - Poll

Wat moet er
eventueel anders?

Slide 42 - Mind map

Slide 43 - Video

Slide 44 - Video

Slide 45 - Video

Slide 46 - Link