Iets vertellen in de verleden tijd

1 / 14
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

le programme
- kort de passé composé herhalen (grammatica)
- passé composé toepassen (spreekvaardigheid)
-



Doel: je kunt iets vertellen over wat je in de verleden tijd hebt gedaan (gisteren, afgelopen weekend, afgelopen zomer)

Slide 2 - Slide

iets schrijven in de verleden tijd
- gebruik maken van de passé composé
- gebruik maken van de imparfait met ww être

Slide 3 - Slide

tu (regarder = kijken, passé composé)

passé composé
A
as regardé
B
as regarder
C
a regardé
D
regardais

Slide 4 - Quiz

j' (choisir = kiezen, passé composé)

passé composé
A
sont choisi
B
as choisi
C
ont choisis
D
ai choisi

Slide 5 - Quiz

il (attendre = wachten, passé composé)

passé composé
A
a attendru
B
a attendu
C
as atendu
D
a attendré

Slide 6 - Quiz

Passé Composé: wij zijn geweest
A
nous sommes été
B
nous avons étré
C
nous avons été
D
nous avons allés

Slide 7 - Quiz

Passé coomposé: ik heb gedaan/gemaakt

Slide 8 - Open question

Passé Composé: zij is gegaan
A
elle a allé
B
elle est allé
C
elle est allée
D
elles sont allées

Slide 9 - Quiz

Passé Composé: zij zijn uitgestapt
A
elles sont descendrues
B
elles sont descendues
C
elles sont descendu
D
elle est descendue

Slide 10 - Quiz

Hoe zeg in het Frans: het was geweldig?

Slide 11 - Mind map

On parle français!
  • Qu'est-ce que tu as fait pendant les vacances?  
  • J'ai + vd of je suis + vd (2 activiteiten noemen, gebruik de p.c
  • Avec qui?
  • Avec.....(vrienden? familie? etc..)
  • C'était comment?
  • ...........(gebruik hier de imparfait van het ww être)
timer
5:00

Slide 12 - Slide

Au travail!
- Werken aan je mondeling! Ik kan helpen met de uitspraak?
- Oefenen met de woordjes 1-2-4 
- Oefenen met de présent et passe composé via verbuga.eu
- Huiswerk maken voor Frans?


Slide 13 - Slide

La prochaine fois
- oefenen met de woordjes van de apprendre!
- oefenen met de présent!




Slide 14 - Slide