3) Ik kan de ideeën van Locke en Rousseau over natuurrechten en over het sociaal
contract beschrijven en daarbij verschillen tussen beide aangeven.
4) Ik kan de ideeën van Montesquieu over de scheiding der machten beschrijven.
5) Ik kan de economische ideeën van Adam Smith beschrijven.
6) Ik kan de verandering in de politieke cultuur beschrijven die een gevolg was van
de Verlichting.
7) Ik kan de diverse reacties van absolute vorsten op hiervoor genoemde
ontwikkelingen beschrijven.