- Nieuwe woorden leren (woordenschat) - Activiteiten in (alle kamers) en om het huis
1 / 17
next
Slide 1: Slide
This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Wat gaan we vandaag doen?
- Herhalen vorige les
- Nieuwe woorden leren (woordenschat) - Activiteiten in (alle kamers) en om het huis
Slide 1 - Slide
Activiteiten in en om het huis
Welke activiteiten kun je in/om het huis doen?
Taalhulp blz. 26 t/m 29 uit het boek
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Luister,- lees en spreekoefening uit het boek blz. 29
Oefening 13
Spreek en schrijfoefening uit het boek blz. 30
Oefening 14 en 15 maken
Slide 10 - Slide
Oefening
Schrijf 2 zelfstandig naamwoorden op een papier. Geef je papier aan een medecursist. De medecursist maakt binnen 2 minuten 2 zinnen met deze zelfstandig naamwoorden en de bijbehorende werkwoorden.
Voorbeeld:
wekker --> ik zet de wekker
haren --> ik kam mijn haren
Slide 11 - Slide
welke activiteiten kan je in de woonkamer verrichten?
Slide 12 - Mind map
welke activiteiten kan je in de slaapkamer verrichten?
Slide 13 - Mind map
welke activiteiten kan je in de keuken verrichten?
Slide 14 - Mind map
welke activiteiten kan je in de badkamer verrichten?