Avoir

Les nombres 0-20
Programme
  • herhaling vorige lessen
  • le verbe avoir
  • exercice 30 p. 48
  • les devoirs: ex 31 d page 49+ apprendre AB p. 52
Lesdoelen
- je kan in het Frans tellen t/m 20
- je kan Franse lidwoorden in het meervoud zetten
- Je herkent persoonlijk voornaamwoorden in het Frans
- Je herkent het werkwoord avoir
1 / 14
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Les nombres 0-20
Programme
  • herhaling vorige lessen
  • le verbe avoir
  • exercice 30 p. 48
  • les devoirs: ex 31 d page 49+ apprendre AB p. 52
Lesdoelen
- je kan in het Frans tellen t/m 20
- je kan Franse lidwoorden in het meervoud zetten
- Je herkent persoonlijk voornaamwoorden in het Frans
- Je herkent het werkwoord avoir

Slide 1 - Slide

Zet de getallen van klein naar groot
quatorze
deux
dix-neuf
onze
cinq
neuf

Slide 2 - Drag question

Sleep de Franse lidwoorden naar de juiste Nederlandse vertaling.
een
de/ het
une
le
les
un
la
l'

Slide 3 - Drag question

Combinez. Zet het lidwoord bij het bijbehorende zelfstandig naamwoord.
soeur
piscine
frère
jour
ordinateur
le
la
le
la
l'

Slide 4 - Drag question

Zet in het meervoud:
la semaine

Slide 5 - Open question

Zet in het meervoud:
le portable

Slide 6 - Open question

Wat is een persoonlijk vnw?

Slide 7 - Mind map

Persoonlijke
voornaamwoorden

Je verandert in j' voor een klinker
of stomme h:
j'aime
j'habite
je
ik
tu
jij
il
hij
elle
zij
on
men, we
nous
wij
vous
jullie, u
ils
zij (m, mv)
elles
zij (v, mv)
Je verandert in j' voor een klinker
of stomme h:
j'aime
j'habite
Persoonlijk voornaamwoorden

Slide 8 - Slide

AVOIR ( = hebben)
Vervoeging van "avoir" met vertaling :

Slide 9 - Slide

Wat is de vertaling van
jij hebt
A
il a
B
tu as
C
j'ai
D
elle a

Slide 10 - Quiz

Wij hebben
A
nous a
B
Nous avons
C
Vous avons
D
Vous avez

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Faire: exercice 30 ABC p. 48
31cdefg p. 49
Au travail!
timer
10:00

Slide 13 - Slide

Faire: 31cdefg 32a  p. 49
Apprendre: woordjes bron AB p. 52
Les devoirs

Slide 14 - Slide