Werkwoordspelling

Vandaag
  • Lezen (let op: volgende week moet je boek uit zijn!)
  •  Werkwoordspelling
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Vandaag
  • Lezen (let op: volgende week moet je boek uit zijn!)
  •  Werkwoordspelling

Slide 1 - Slide

Werkwoordspelling

Slide 2 - Slide

Waar denk jij aan bij werkwoordspelling?

Slide 3 - Mind map

Leerdoelen
Je frist je kennis van werkwoordspellen op
Je herhaalt de regels van de PV in de tt en vt
Je herhaalt de regels van het voltooid deelwoord

Slide 4 - Slide

Waarom is correcte werkwoordspelling belangrijk?

Slide 5 - Open question

Wat is het eerste dat je moet doen als je een werkwoord wil vervoegen?
A
Kijken naar de tijd
B
bepalen of het onderwerp EV of MV is
C
de werkwoordsvorm bepalen
D
't ex-kofschip gebruiken

Slide 6 - Quiz

Je moet allereerst weten met welke werkwoordsvorm je te maken hebt

Slide 7 - Slide

Op welke werkwoordsvorm zijn de meeste regels van toepassing?
A
de PV
B
het voltooid deelwoord
C
het onvoltooid deelwoord
D
het werkwoord als bijvoeglijk naamwoord

Slide 8 - Quiz

Hoe kom je erachter of je met een PV te maken hebt?

Slide 9 - Open question

Welke drie mogelijke uitgangen zijn er bij de PV in de tt?

Slide 10 - Open question

Bij de PV vt stel je de vraag: is het werkwoord zwak of sterk. Waarom is deze vraag van belang?

Slide 11 - Open question

- ik-vorm                  Bij de PV tt krijg je dus nooit +d!
- ik-vorm +t
- hele werkwoord
-

Slide 12 - Slide

Hoe bepaal je bij de PV in de vt of je +te(n) of +de(n) schrijft?

Slide 13 - Open question

Aan de slag
1. Ga naar: https://www.nederlandsetaaltest.nl/spellingtest-werkwoorden. 
2. Maak uit het boekje werkwoordspelling opdr. 1 t/m 6.
3. Klaar? Ga naar cambiumned.nl  > werkwoordspelling > oefen met PV tt en PV vt.

Moeite met ww-spellen? Houd het schema erbij!

Slide 14 - Slide