This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
4.4 Rekenen met wortels
Slide 1 - Slide
Planning
Terugblik vorige week
Leerdoelen
Uitleg §4.4
Zelfstandig werken
Afsluiten
Slide 2 - Slide
Bereken:
√16−9
Slide 3 - Open question
Bereken:
−√81
Slide 4 - Open question
Leerdoelen
Wortels herleiden door gebruik te maken van de volgende regels (§4.4): -> (√a)²= a, -> optellen mag alleen als wortels gelijksoortig zijn, -> √a∙√b= √ab
De factor voor het wortelteken brengen (§4.4);
(VWO:) Haakjes wegwerken bij wortels (§4.4);
Slide 5 - Slide
Bereken:
(√3)2
Slide 6 - Open question
Rekenen met wortels
Het kwadraat van wortel a = a
Kwadraat en wortel 'heffen elkaar op'
(√a)2=a
Slide 7 - Slide
Bereken exact:
3√10+5√10
Slide 8 - Open question
Bereken exact:
9√34−6√34
Slide 9 - Open question
Rekenen met wortels
'gelijke wortels' kan je bij elkaar optellen
dus
maar
3√2+2√2=5√2
4√6+4√7=kan.niet.korter
Slide 10 - Slide
Bereken exact:
11√12−12√11
Slide 11 - Open question
Bereken exact:
4√5⋅3√2
Slide 12 - Open question
Rekenen met wortels
.
dus
Bij vermenigvuldigen hoeven wortels niet gelijk te zijn!