This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Nederlands
door
Jolien de Kock
Slide 1 - Slide
Terugblik
-Uitleg examens
-Tekstsoorten, tekstdoelen
-Argumentatieleer
-Functies van tekst-eenheden (inleiding, middenstuk, slot)
Slide 2 - Slide
Vooruitblik
-Hoofdgedachte, onderwerp
-Betrouwbaarheid leesteksten
-Samenvatten
-Examentraining
Slide 3 - Slide
Doelen van deze les
-Je kunt in eigen woorden uitleggen op welke manier auteurs tekstverbanden gebruiken
-Je kunt drie voorbeelden van tekstverbanden/signaalwoorden geven
Slide 4 - Slide
Tekstverbanden?!
Slide 5 - Slide
Tekstverbanden
-Een auteur of spreker probeert een verband (samenhang) aan te brengen in een tekst.
-Zonder samenhang is een tekst minder goed leesbaar.
Slide 6 - Slide
Spinnen aan de drugs
Een normaal spinnenweb ziet eruit als een fietswiel. Een spin heeft drugs gekregen. Het web dat ze weeft neemt heel andere vormen aan. Amerikaanse onderzoekers stelden het vast.
Ze deden een aantal proeven met stimulerende en verdovende middelen.
Spinnen die onder invloed zijn van marihuana beginnen hun web te weven op de gewone manier. Na een poosje verliezen ze hun concentratie.
Ze raken verdoofd. Het web ziet er in het midden uit als een normaal web. Aan de buitenkant zit het vol gaten.
Spinnen aan de drugs
Een normaal spinnenweb ziet eruit als een fietswiel. Maar als een spin drugs heeft gekregen, neemt het web dat ze weeft heel andere vormen aan. Dat stelden Amerikaanse onderzoekers vast toen ze een aantal proeven deden met stimulerende en verdovende middelen.
Spinnen die onder invloed zijn van marihuana beginnen hun web te weven op de gewone manier. Maar na een poosje verliezen ze hun concentratie en raken ze verdoofd. Het web ziet er in het midden nog wel uit als een normaal web, maar aan de buitenkant zit het vol gaten.
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
'Jonas heeft zijn verslag gisteren ingeleverd, maar Cara heeft dat niet gedaan'. Welk tekstverband wordt hier gebruikt?
A
tegenstelling
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming
D
volgorde in tijd
Slide 9 - Quiz
'Doordat hij de boot heeft gemist, kan hij niet meer mee op reis.' Welk tekstverband wordt hier gebruikt?
A
voorbeeld
B
toelichting
C
oorzaak-gevolg
D
conclusie
Slide 10 - Quiz
'Mits er voldoende mensen zich aanmelden voor de training, zal deze wel of niet doorgaan.' Dit is een...
A
Tegengesteld tekstverband
B
Oorzakelijk tekstverband
C
Voorwaardelijk tekstverband
D
Samenvattend tekstverband
Slide 11 - Quiz
Haal tekstverbanden en signaalwoorden uit de leestekst
Slide 12 - Slide
Haal één zin uit de leestekst en zet het signaalwoord erachter.
Slide 13 - Open question
Kun je, aan het einde van deze les, in eigen woorden uitleggen wat tekstverbanden zijn?