A2: H6.5, 6.6 en 6.7 Luisteren naar,info vragen over en ik heb opgeruimd

Wat gaan we vandaag
doen?

  • Huiswerk bespreken: 6.6 en 6.8
  • Spreekopdrachten van 6.6
  • Grammatica van 6.7 bespreken: de voltooide tijd van de scheidbare werkwoorden.
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NT2MBOStudiejaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 75 min

Items in this lesson

Wat gaan we vandaag
doen?

  • Huiswerk bespreken: 6.6 en 6.8
  • Spreekopdrachten van 6.6
  • Grammatica van 6.7 bespreken: de voltooide tijd van de scheidbare werkwoorden.

Slide 1 - Slide

Lesdoel: na deze les .....
  •  Weten jullie dat er bepaalde voorzetsels zijn die we gebruiken na sommige werkwoorden
  • Kunnen jullie informatie vragen over een vacature
  • Kunnen jullie de voltooide tijd van scheidbare werkwoorden gebruiken en weten jullie waar je de lijst met onregelmatige werkwoorden kunt vinden.

Slide 2 - Slide

Na sommige woorden en werkwoorden gebruik je vaak een vast voorzetsel. Welk voorzetsel hoort bij welk woord? Er zijn geen regels voor. Je moet ze uit je hoofd leren.

Slide 3 - Slide

De hond is bang voor het water.
Ze wachten al een uur op de tram.

Slide 4 - Slide

Werkwoorden met vaste voorzetsels

Veel werkwoorden hebben vaste voorzetsels. 

- Houden van

- Nadenken over  




Slide 5 - Slide

De cursisten vergelijken hun land ... Nederland.
A
voor
B
met
C
van
D
in

Slide 6 - Quiz

Maak niet zo'n lawaai! Ik ben erg gevoelig .... geluid.
A
met
B
van
C
naar
D
voor

Slide 7 - Quiz

Hij lijkt erg .... zijn broer.
A
naar
B
met
C
op
D
van

Slide 8 - Quiz

Maak een zin met het woord: Klagen
gebruik een voorzetsel

Slide 9 - Open question

Maak een zin met: Houden
Gebruik een voorzetsel

Slide 10 - Open question

Maak een zin met: Bedanken
Gebruik een voorzetsel

Slide 11 - Open question

We bespreken opdracht 51
opdr. 53:hoeveel woorden heeft de zin?
opdr.54: Zeg na....

Slide 12 - Slide

6.7 Ik heb opgeruimd - zij hebben samengewerkt

In hoofdstuk 3 hebben  jullie scheidbare werkwoorden in de tegenwoordige tijd geleerd.
Wat zijn scheidbare werkwoorden ook alweer?

Slide 13 - Slide

Scheidbare werkwoorden hebben 2 woorden: een werkwoord en een ander woordje.
Het andere woordje is vaak een voorzetsel,zoals:
op, na, in of uit.

Slide 14 - Slide

verleden tijd
voltooid verleden tijd
gebiedende wijs
tegenwoordige tijd

Slide 15 - Slide

Ik heb gisteren de kamer opgeruimd.
De docent heeft de toets nagekeken.
Hebben Daan een Filip samengewerkt?

Hier staan de zinnen in de verleden tijd.
Het 1e werkwoord is een vorm van hebben.
Het 2e werkwoord is het voltooid deelwoord.
Het voltooid deelwoord van een scheidbaar werkwoord begint met het andere woordje, daarna komt het voltooid deelwoord van het werkwoord. Je schrijft de woorden aan elkaar.

Slide 16 - Slide

Twee werkwoorden
Staan er twee werkwoorden in de zin? Dan schrijf je het scheidbare werkwoord als één woord. Het scheidbare werkwoord staat op de laatste plaats in de zin. 



Slide 17 - Slide

Het scheidbare werkwoord

Deze hond vindt het niet leuk dat we hem uitlachen!

uitlachen      =   lachen  +  uit

scheidbaar             werkwoord + voorzetsel
werkwoord

Slide 18 - Slide

Ik heb het eten klaargemaakt!

Wat is het scheidbare werkwoord?
A
klaargemaakt
B
maken
C
klaar
D
klaarmaken

Slide 19 - Quiz

Ik ben opgegroeid in een dorp!

Wat is het scheidbare werkwoord?
A
groeien
B
groeien op
C
opgroeien

Slide 20 - Quiz

Ik lach hem niet uit!

Wat is het scheidbare werkwoord?
A
lachen
B
uitlachen

Slide 21 - Quiz

Loop jij eens door!

Wat is het scheidbare werkwoord?
A
eens
B
door
C
doorlopen
D
jij

Slide 22 - Quiz

Maak de zin af:
Heb je je al voor de cursus ....
gebruik: aanmelden

Slide 23 - Open question

Hoe laat ben jij vandaag .....
gebruik: opstaan

Slide 24 - Open question

Heeft Peter je al ......
gebruik: terugbellen

Slide 25 - Open question

Tijdens de enge film heeft haar vriendje haar hand ....
gebruik: vasthouden

Slide 26 - Open question

Als het goed is .....
  •  Weten jullie nu dat er bepaalde voorzetsels zijn die we gebruiken na sommige werkwoorden.
  • Kunnen jullie nu informatie vragen over een vacature.
  • Kunnen jullie de voltooide tijd van scheidbare werkwoorden gebruiken en weten jullie waar je de lijst met onregelmatige werkwoorden kunt vinden.

Slide 27 - Slide

Zijn jullie tevreden met deze les?
Hebben jullie nog verbeterpunten?

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide