H8.4 deel 2

Vak: Mens en Maatschappij
Hoofdstuk: H8.4 deel 2
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vak: Mens en Maatschappij
Hoofdstuk: H8.4 deel 2
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Pak je spullen, maar laat je boek nog even dicht. 

Slide 2 - Slide

2. Lesdoel + Leergebiedoverstijgend doel
- Je leert over de landbouw stedelijke samenleving. 
- Je leert over de industriële samenleving.
- Je leert over de informatie samenleving. 

Slide 3 - Slide

3. Mini-check

Slide 4 - Slide

In welke periode valt de industriele samenleving?
A
Oudheid
B
Middeleeuwen
C
Vroegmoderne tijd
D
Moderne tijd

Slide 5 - Quiz

In welke periode valt de tijd van jager en verzamelaars?

Slide 6 - Open question

Wat is een voorbeeld van een informatiemiddel?
A
Skype
B
Snapchat
C
Brief
D
Televisie

Slide 7 - Quiz

Er zijn veel dingen veranderd van 200 tot 1900. Noem 2 veranderingen die slecht zijn voor het milieu.

Slide 8 - Open question

In welke periode valt de landbouwsamenleving?
A
Prehistorie
B
Oudheid
C
Middeleeuwen
D
Vroegmoderne tijd

Slide 9 - Quiz

In welke periode valt de informatiesamenleving?
A
Oudheid
B
Middeleeuwen
C
Vroegmoderne tijd
D
Moderne tijd

Slide 10 - Quiz

Beschrijf 2 dingen die in de landbouwsamenleving veranderd zijn in vergelijking met de tijd van jager-verzamelaars.

Slide 11 - Open question

In welke periode valt de tijd van pruiken en revoluties?
A
Oudheid
B
Middeleeuwen
C
Vroegmoderne tijd
D
Moderne tijd

Slide 12 - Quiz

4. Instructie

Slide 13 - Slide

Verschillende samenlevingen door de jaren heen
1. Samenleving van jager-verzamelaars
2. Landbouwsamenleving
3. Landbouwstedelijke samenleving
4. Industriele samenleving
5. Informatiesamenleving 

Slide 14 - Slide

Leven in de stad en op het platteland
Rond het jaar 200 veroverden de Romeinen grote delen van Frankrijk.
-> In deze tijd was niet iedereen meer boer
-> Mensen konden kleermaker, koopman of timmerman worden 
-> Veel stedelingen leefden van zulke ambachten, maar ook van de handel
Maar niet iedereen woonde in de stad, de meeste mensen leefden nog van de landbouw en woonden op het platteland.
Er was een landbouwstedelijke samenleving

Slide 15 - Slide

Samenleving rond 1900
Rond 1900 leefde meer dan de helft van de mensen in steden.
Steden kregen fabrieken en stoomtreinen. Er kwamen spoorwegverbindingen met andere steden. Goederen werden met treinen vervoerd zodat ze ook op andere plaatsen verkocht worden -> goed voor de handel.
In de stad werkten veel mensen in een fabriek. Hun bestaansmiddel: werk in de industrie. 
Samenleving: industriele samenleving 
Bouw van fabrieken in de 18e en 19e eeuw zorgde voor veel vervuiling in de natuur. 

Slide 16 - Slide

De nieuwste samenleving
De belangrijkste vervoermiddelen zijn tegenwoordig auto's en vliegtuigen.
In deze samenleving is toerisme een van de middelen van bestaan maar ook ICT, steeds meer mensen gebruiken mobiele telefoons en computers.
Samenleving nu: informatiesamenleving 

Slide 17 - Slide

5. Begeleid inoefenen
Doorloop de opdrachten en bronnen op blz. 66 t/m 69

Slide 18 - Slide

6. Zelfstandig werken
Maak opdracht 1 t/m 9 op blz. 66 t/m 68
timer
1:00

Slide 19 - Slide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Heb je nog vragen of loop je nog ergens tegen aan?

Slide 20 - Slide

Evaluatie
Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 21 - Open question

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Lukt het je om vragen die woorden gesteld uit een tekst te halen?
Heb je nog ergens hulp bij nodig?

Slide 22 - Slide