Taalverzorging 3.6 Einde op -e of -en

Vandaag!
1) Huiswerk???
2) Taalverzorging 3.6 Einde op -e of -en
3) Tijd om je opdrachten bij te werken
4) Beter spellen
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1,3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vandaag!
1) Huiswerk???
2) Taalverzorging 3.6 Einde op -e of -en
3) Tijd om je opdrachten bij te werken
4) Beter spellen

Slide 1 - Slide

3.6 Einde op 
-e of -en
Je weet...
  • wanneer woorden op -e of 
       -en moeten eindigen

Slide 2 - Slide

Nog even herhalen/oefenen

Slide 3 - Slide

Bij welk woord hoort GEEN koppelteken?
A
het kabinet-Rutte
B
leerling-verpleger
C
boeren-metworst
D
woon-werkverkeer

Slide 4 - Quiz

Wel of geen koppelteken?
Wat is juist?


A
café-restaurant
B
caférestaurant
C
café restaurant

Slide 5 - Quiz

Wat is juist?
A
bagage-afdeling
B
bagageafdeling
C
bagage afdeling

Slide 6 - Quiz

Taalverzorging 3.6 

Einde op -e of -en?

Slide 7 - Slide

(...) cursisten maken nooit hun huiswerk.
A
Sommige
B
Sommigen

Slide 8 - Quiz

Zie je die bavianen? De meeste(n) wachten op het eten
A
meeste
B
meesten

Slide 9 - Quiz

Uitleg
Wanneer krijgen woorden als sommige, vele, beide, enkele, laatste, andere
een -n aan het eind?
Als het verwijst naar personen en het zelfstandig wordt gebruikt.

Het woord is zelfstandig gebruikt als:
- er niet gelijk een zelfstandig naamwoord op volgt.
- het woord in de zin niet aangevuld kan worden met een zn uit dezelfde zin 
  of de zin die er gelijk aan voorafgaat.


Slide 10 - Slide

Uitleg
Het woord is zelfstandig gebruikt als:
- er niet gelijk een zelfstandig naamwoord op volgt.
   De meesten willen zwemmen.
- het woord in de zin niet aangevuld kan worden met een zn uit dezelfde zin 
  of de zin die er gelijk aan voorafgaat.
  Mijn neven gaan dit jaar beiden naar Lowlands.
  De sporters deden het goed. Ze haalden allen de eindstreep.



Slide 11 - Slide

Uitleg
Wordt het woord gevolgd door van of onder, in combinatie met ons, jullie of hen, dan gebruik je ook een n.

In alle andere gevallen gebruik je alleen -e.


Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Slide

Oefenen

Slide 16 - Slide

In onze straat staan twee huizen te koop, beide(n) zijn onlangs verbouwd.
A
beide
B
beiden

Slide 17 - Quiz

Het zijn altijd dezelfde(n) die kritiek hebben op de gang van zaken.
A
dezelfde
B
dezelfden

Slide 18 - Quiz

............ bleven de hele nacht blaffen.
A
sommige
B
sommigen

Slide 19 - Quiz

Zelfstandig aan de slag

Je maakt online:
Taalverzorging 3.6, alle opdrachten.
1 of meer opdrachten onvoldoende, dan ook de extra opdrachten maken.
Lezen 'Zorg en welzijn' 'Anderstaligen
Lezen 1.5 opdracht 1 t/m 4

Slide 20 - Slide