Het woord is zelfstandig gebruikt als:
- er niet gelijk een zelfstandig naamwoord op volgt.
De meesten willen zwemmen.
- het woord in de zin niet aangevuld kan worden met een zn uit dezelfde zin
of de zin die er gelijk aan voorafgaat.
Mijn neven gaan dit jaar beiden naar Lowlands.
De sporters deden het goed. Ze haalden allen de eindstreep.