What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
BB Herhaling spanningsbronnen
Welk van onderstaande stof is een geleider?
A
rubber
B
hout
C
lood
D
wol
1 / 37
next
Slide 1:
Quiz
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2,3
This lesson contains
37 slides
, with
interactive quizzes
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welk van onderstaande stof is een geleider?
A
rubber
B
hout
C
lood
D
wol
Slide 1 - Quiz
Welk van onderstaande stof is een isolator?
A
zilver
B
papier
C
goud
D
koolstof
Slide 2 - Quiz
Vul het ontbrekende woord in:
Met een ........... kun me een stroomkring op een nette manier onderbreken!
A
lampje
B
batterij
C
snoer
D
schakelaar
Slide 3 - Quiz
Vul het ontbrekende woord in:
Een ......... is een bron die elektrische energie levert!!!
A
voltmeter
B
spanningsbron
C
amperemeter
Slide 4 - Quiz
Welk van onderstaande stof is een geleider?
A
rubber
B
hout
C
lood
D
wol
Slide 5 - Quiz
Welk van onderstaande stof is een geleider?
A
rubber
B
hout
C
lood
D
wol
Slide 6 - Quiz
Vul het ontbrekende woord in:
Met een ........... kun me een stroomkring op een nette manier onderbreken!
A
lampje
B
batterij
C
snoer
D
schakelaar
Slide 7 - Quiz
Vul het intbrekende woord in:
In een batterij wordt ......... energie omgezet in elektrische energie!
A
chemische
B
bewegings
C
elektroden
D
elektrolyt
Slide 8 - Quiz
Vul het ontbrekende woord in:
In een dynamo wordt .......... energie omgezet in elektrische energie!
A
chemische
B
bewegings
C
elektrische
Slide 9 - Quiz
Spanning wordt gemeten met een ............
A
amperemeter
B
voltmeter
C
stroommeter
Slide 10 - Quiz
De spanning van het lichtnet is .......
A
U= 12 V
B
U= 230 V
C
U= 9 V
D
U = 1,5 V
Slide 11 - Quiz
Om schakelingen te verduidelijken worden er overzichtelijke tekeningen gemaakt. Hoe noem je zo'n overzichtelijke tekening?
A
serieschema
B
parallelschema
C
schakelschema
Slide 12 - Quiz
Een serieschakeling is een .....
A
schakeling met vertakkingen
B
schakeling zonder vertakkingen
Slide 13 - Quiz
Een parallelschakeling is een ....
A
schakeling met vertakkingen
B
schakeling zonder vertakkingen
Slide 14 - Quiz
Het symbool voor spanning is ......
A
I
B
U
C
P
D
t
Slide 15 - Quiz
Het symbool voor stroomsterkte is .....
A
P
B
U
C
I
D
t
Slide 16 - Quiz
De eenheid van stroomsterkte is ......
A
h
B
V
C
A
D
W
Slide 17 - Quiz
De eenheid van spanning is .....
A
h
B
W
C
A
D
V
Slide 18 - Quiz
Hoe berekenen we het vermogen
A
spanning x stroomsterkte
B
stroomsterkte : spanning
C
spanning : stroomsterkte
D
spanning x weerstand
Slide 19 - Quiz
Van welke factoren hangt het vermogen van een elektrisch apparaat af?
A
Stroomsterkte en tijd
B
Vermogen en spanning
C
Spanning en tijd
D
Spanning en stroomsterkte
Slide 20 - Quiz
Spanning wordt gemeten met een ............
A
amperemeter
B
voltmeter
C
stroommeter
Slide 21 - Quiz
De eenheid van spanning is .....
A
h
B
W
C
A
D
V
Slide 22 - Quiz
Wat betekent de letter P?
A
Spanning
B
Stroomsterkte
C
Weerstand
D
Vermogen
Slide 23 - Quiz
Het symbool voor spanning is ......
A
I
B
U
C
P
D
t
Slide 24 - Quiz
In een serieschakeling is de stroom
A
overal even groot
B
na ieder lampje verandert de stroom
C
net zo groot als de spanning
D
kleiner dan de spanning
Slide 25 - Quiz
Wat bereken je met de formule U : R
A
Spanning
B
Stroomsterkte
C
Weerstand
D
Vermogen
Slide 26 - Quiz
I is het symbool voor?
A
Stroom sterkte
B
Spanning
C
Weerstand
D
Vermogen
Slide 27 - Quiz
Wat is de eenheid van spanning?
A
Ampère
B
Volt
C
Ohm
D
Watt
Slide 28 - Quiz
E is het symbool voor?
A
Hoeveelheid energie
B
Spanning
C
Weerstand
D
Vermogen
Slide 29 - Quiz
Een geleider heeft...?
A
Geen weerstand
B
Hoge weerstand
C
Lage weerstand
D
50 Ohm aan weerstand
Slide 30 - Quiz
Wat is de functie van de kleurcode op een weerstand?
A
Geeft de weerstand soort aan
B
Geeft de weerstand waarde in Volt aan
C
Geeft de weerstand waarde in Ohm aan
D
Geeft de temperatuur waarde van de weerstand aan
Slide 31 - Quiz
De formule voor weerstand is:
A
R = U / I
B
Weerstand = R + R
C
R = U x I
D
Weerstand is geen formule voor
Slide 32 - Quiz
Wat is het symbool (de afkorting) van weerstand?
A
R
B
U
C
I
D
A
Slide 33 - Quiz
Weerstand waarde van een draad wordt aangegeven in..?
A
Ohm
B
Ohm . m
C
Volt / m
D
Ohm/m
Slide 34 - Quiz
R is het symbool voor?
A
Stroom sterkte
B
Spanning
C
Weerstand
D
Vermogen
Slide 35 - Quiz
Hoe bereken je de weerstand?
A
Volt : Ampère
B
Ampère : Volt
C
Ampère x Volt
D
Volt + Ampère
Slide 36 - Quiz
Waar hangt de weerstand vanaf
A
I en P
B
U en P
C
I en u
Slide 37 - Quiz
More lessons like this
Herhaling toetsweek
March 2022
- Lesson with
45 slides
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2,3
2H Elektriciteit herhalen
March 2024
- Lesson with
26 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
4 OefenQUIZZ Elektriciteit
April 2023
- Lesson with
19 slides
Natuurkunde / Scheikunde
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 1,2
5 Elektriciteit
February 2019
- Lesson with
18 slides
Natuurkunde / Scheikunde
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 1,2
test jezelf Elektriciteit
September 2018
- Lesson with
25 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
4 OefenQUIZZ Elektriciteit
June 2023
- Lesson with
21 slides
Natuurkunde / Scheikunde
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 1,2
2H Elektriciteit herhalen
January 2024
- Lesson with
29 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
4 OefenQUIZZ Elektriciteit
November 2022
- Lesson with
19 slides
Natuurkunde / Scheikunde
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 1,2