Het zenuwstelsel 2025

Zenuwstelsel
1 / 24
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Zenuwstelsel

Slide 1 - Slide

Hoe zit je er bij?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Wat weet jij van het zenuwstelsel?

Slide 3 - Mind map

Lesdoelen
  • Na deze les ken/kun je:
  • Termen en begrippen uitleggen 
  • De functies van de verschillende zenuwstelsels benoemen
  • De werking van de verschillende zenuwstelsels benoemen
  • De functie van de grijze en witte stof benoemen
  • Het geleerde toepassen

Slide 4 - Slide

Neurologie
Neurologie is een medisch specialisme: diagnostiek en behandeling  ziekten van de hersenen, het ruggenmerg en de zenuwen.


# Neuroloog = specialist / arts die dit als vakgebied heeft
# Neurologisch = hoort bij het zenuwstelsel
# Neuropathie = niet goed meer functioneren van zenuwcellen en zenuwweefsel

 

Slide 5 - Slide

Functies van het zenuwstelsel
  • voelen, zowel pijn, druk, warmte en koude                                 Geeft deze 
  • bewegen, lopen zitten staan, spreken etc.                                             En de + 
  • bewust zijn van je omgeving en wat daar gebeurt
  • denken, geheugen en slaat ervaringen op
  • emoties ervaren

Slide 6 - Slide

Anatomische indeling
2 onderdelen:

Centraal zenuwstelsel
=
hersenen en ruggenmerg

Perifeer zenuwstelsel
=
alle uitlopers naar alle weefsels en organen


Slide 7 - Slide

Het centrale zenuwstelsel

grote hersenen
kleine hersenen
tussenhersenen
hersenstam

Slide 8 - Slide

Autonome zenuwstelsel
Vegetatief of onwillekeurig

Bestuurt het gladde 
spierweefsel, 
tegenovergestelde


Slide 9 - Slide

Parasympathisch systeem
Tegenovergestelde van sympathische systeem
Wordt actief als het lichaam in ruststand is
Lichaam komt tot rust, voedsel verteert, energie wordt aangevuld
Rustsysteem


Slide 10 - Slide

Antagonistische werking
Het sympathische zenuwstelsel en het parasympatische zenuwstelsel werken tegengesteld = antagonistische werking
Ze wisselen elkaar als het ware af.
Niets doen kan niet! Alles of niets!

Slide 11 - Slide

de zenuwcel / neuron

Slide 12 - Slide

soorten cellen
zenuwstelsel bestaat uit 2 soorten cellen

1. cellen voor ontvangen en doorsturen van impulsen
in afferente en efferente zenuwbanen
afferent = impulsaanvoer naar hersenen toe 
dus van perifeer naar centraal
efferente = impulsaanvoer naar weefsels en organen toe
dus van centraal naar perifeer

2. steuncellen zijn cellen die zorgen voor bescherming en onderhoud van de zenuwcellen

Slide 13 - Slide

Witte en grijze stof in de hersenen



Myeline beschermende 
laag om axonen(wit)
Grijze stof binnenkant ruggenmerg

Slide 14 - Slide

Opzoek toets
pak je AFZ boek of licentie er bij

Slide 15 - Slide

Het parasympatisch zenuwstelsel wordt ook wel vlucht-vecht systeem genoemd
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

Noem 5 vegetatieve functies van het autonome zenuwstelsel

Slide 17 - Open question

Beschrijf de werking van het het sympathische zenuwstelsel

Slide 18 - Open question

Het parasympatische zenuwstelsel en het sympathische zenuwstelsel hebben een antagonistische werking ten opzichte van elkaar. Wat wil dat zeggen, noem een voorbeeld

Slide 19 - Open question

Als je plotseling schrikt wordt het sympathische zenuwstelsel actief
A
juist
B
onjuis

Slide 20 - Quiz

Het parasympatische zenuwstelsel wordt ook wel het rustsysteem genoemd
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Het hormoon adrenaline ondersteunt de werking van het sympathische zenuwstelsel
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Welk deel van het zenuwstelsel wordt actief als het lichaam energievoorraden in het lichaam aanvult
A
willekeurig zenuwstelsel
B
animale zenuwstelsel
C
sympathisch zenuwstelsel
D
parasympathisch zenuwstelsel

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide