This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
programma
H6 formuleren (verwijswoorden en signaalwoorden)
H6 spelling aan elkaar of los
M opdr 1,2 en 3
Slide 1 - Slide
Verwijswoord
signaalwoord
omdat
dus
hoewel
en
hij
zij
die
dat
Slide 2 - Drag question
Welke verwijswoorden horen in deze zin?
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
Vera doet het trucje voor. ________ zegt:
‘Zo moet je ________ doen.’
deze
die
dit
dat
hij
zij
het
ze
Slide 3 - Drag question
Welke verwijswoorden horen in deze zin? Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats. Let op: er kunnen meerdere verwijswoorden goed zijn als antwoord. Je mag er dus meerdere slepen, als je denkt dat ze passend zijn .
‘Wil je ________ naar de glasbak brengen?’, vraagt Ryan,