Democratie in Nederland

Democratie in Nederland
1 / 10
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Democratie in Nederland

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Wat weten we nog van de vorige les?
  • Beetje voorkennis oproepen
  • Uitleg 2.2
  • Tijd voor huiswerk 

Slide 2 - Slide

Leg uit wat een industriële samenleving is.

Slide 3 - Open question

Wat is een democratie?

Slide 4 - Open question

De grondwet van 1848
Oorzaken grondwetswijziging van 1848: 
  1. Willem I had te veel geld uit gegeven (Oorlog tegen Belgie)
  2. Opkomst het liberalisme zoals godsdienstvrijheid en persvriheid. 
  3. Burgers wilden het parlement kiezen. 
  4. Burgers wilden meer invloed in de politiek. 
  5. Burgers wilden de regering kunnen controleren. 
  6. (Over heel Europa werden monarchien vervangen door republieken in revoluties.)

Slide 5 - Slide

De Grondwet van 1848
Macht van de koning: 
  1. Was niet meer regeringsleider. 
  2. Werd politiek immuun. 
  3. Bleef wel staatshoofd. 
  4. Mocht zich bemoeien met vormen van nieuwe regeringen. 
  5. Het recht om geinformeerd te worden door ministers en die te informeren. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Uitbreiding van het kiestrecht: 
  1. 1815: Edelen en regenten kozen de Provinciale Staten. 
  2. 1815: De Provinciale Staten kozen de Tweede Kamer. 
  3. 1848: Verstandige mensen mogen stemmen. 
  4. 1887: Kwart van de mensen mag stemmen. 
  5. 1896: 50% van de mensen mag stemmen. 
  6. 1917: Algemeen kiesrecht voor mannen. 
  7. 1919: Algemeen kiesrecht voor vrouwen. 

Slide 8 - Slide

Uitbreiding van het kiesrecht
Bestuursysteem van Nederland na 1917: 

  1. Het parlement heeft de hoogste macht. 
  2. Regering is afhankelijk van het parlement (Meerderheid plus 1)
  3. Parlement wordt gekozen door een land met algemeen kiesrecht en is daarom afhankelijk van deze burgers van dit land. 

Slide 9 - Slide

Je kan het verschil uitleggen tussen de macht van het parlement voor 1848 en na 1848.

Slide 10 - Open question