1E ma 4 april Diataal + 3.8 deel i

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Als je 

binnenkomt:

BEN IK RUSTIG LOPEND DE KLAS INGEKOMEN?

BEN IK ZONDER LAWAAI TE MAKEN DE KLAS BINNENGEKOMEN?

HEB IK MIJN TELEFOON IN DE TAS GESTOPT?

ZIT IK AAN TAFEL, LIGT MIJN BOEK, SCHRIFT, PEN OP TAFEL?

STAAT MIJN TAS NAAST ME OP DE GROND? 

BEN IK STIL AAN HET WACHTEN TOT DE LES BEGINT?  Zo ja  --> 

Vandaag: 2 uur Nederlands??

Centraal staat Diataaltoets

Deze hebben jullie aan het begin van het jaar gedaan. 

Nu doen we die opnieuw. 

Wat is dit voor toets? --> 

Einde basisschool: 1F

Einde vmbo: 2F

Welk niveau ben jij wat betreft woordenschat en begrijpend lezen?

Waar heb je eventueel extra hulp bij nodig?

Ook vandaag: verder met voorbereiding toets a.s. donderdag 7 april

Het gaat over:

H. 3.5: woorden (afgerond)

H. 3.7: grammatica (gisteren afgerond)

H. 3.8: spelling (vandaag en morgen)

Let op: woensdag vervalt de les. 

Vandaag rond ik de uitleg van H3.8 af. Morgen herhalen we alles voor de toets donderdag. 

Log in op de laptop...

Klaar?

Ga verder met H3.8. 

Morgen moeten de opdrachten 9 t/m 14 af zijn. 

Sterke/zwakke werkwoorden

1. Hoe kom je erachter of een sterk werkwoord op een d of t eindigt?

2. Bij sommige sterke werkwoorden verandert een z in een s en een f in een v. Welke voorbeelden weet je hiervan?

Meervouden..

Als je zelfstandige naamwoorden in het meervoud zet, zijn er verschillende vormen mogelijk:

1. Meervoud eindigt op -en. 

2. Meervoud eindigt op -s. 

3. Meervoud eindigt op 's. 

4. Meervoud eindigt bij lange klinker of letter met accent op -s.

Kijk op pagina 258. Schrijf van iedere vorm twee voorbeelden op. 

Dictee oefening...

Huiswerk morgen:

1. Leer de woorden van H3.5

2. Maak de opdrachten 9 t/m 14 af van H3.8. 

3. Kijk nog even naar H3.7: het zinsdeelstrepen zetten. Kan jij goed zinsdeelstrepen zetten, en op de juiste plek het wg, o en lv zetten? 

Evaluatie

• Wat heb je geleerd deze les?
• Wat ging er goed?
• Wat kan beter?