Grammatica: bijvoegelijk naamwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo
• Leerjaar 2,3

Grammatica

Bijvoegelijk naamwoord 

Wat is een bijvoegelijk naamwoord? 

Bijvoegelijk naamwoorden zeggen iets over het zelfstandige naamwoord. Ze staan meestal ook voor het zelfstandige naamwoord. 

Opdracht

Schrijf de bijvoegelijke naamwoord (en) op. 

Schrijf de voorzetsels per zin op. Schrijf de antwoorden onder elkaar!

De oude man kocht toch nog
een nieuwe fiets

Die stille jongen kreeg
een prachtig boek.

In die drukke straat stonden veel
nieuwe huizen

Jan fietste met een grote vaart over dat kleine bruggetje.

Dat nieuwe boek in die grijze
kaft is prachtig.

Ik lust geen koude chocolademelk.

Vader kreeg een boze brief van onze nieuwe meester.

Die vervelende jongen verscheurde zijn mooie tekeningen.

Er stonden veel rode rozen en witte lelies in die verwaarloosde tuin.

In het donkere bos stonden heel wat oude dennen.

De oude man scheen angstig.

Er zwom een oranje vis in die
kleine vijver.

Er stond een jonge meester voor
de klas.

Ze gingen allemaal naar het
nieuwe zwembad.

Er zat paarse inkt in die
blauwe inktpot.

Waar heeft die deftige heer gewoond?

In dat grote huis met die stenen trap ervoor.

Dat huis met die rode dakpannen?

Ja, en met dat ronde venster boven die groene deur.

Mijn moeder houdt van oude kaas.

In dat donkere bos word ik bang.

Die grote bomen en dat
geheimzinnig geritsel, bah

De ondeugende jongens hadden een groot vuur gemaakt.

De oude boswachter was verschrikkelijk boos.

'Daardoor kan een flinke bosbrand ontstaan,'zei hij.

Dat verwaarloosde huis stort bijna in.

Het lijkt wel een ruïne.

Er liep een witte muis door de kamer.

Onze grijze kat had hem meteen te pakken.

Arm muisje, er bleef niet veel van hem over.

Er liggen weer veel oude bladeren op ons nieuwe tegelpad.

Dat pad wordt daardoor helemaal vuil.

Deze deftige heer woont in een
klein dorp.

Hij heeft daar een prachtige villa gekocht.

Zijn tuin staat vol oude bomen en bloeiende planten.

Hij is vast een gelukkig man.

De beste stuurlui staan aan wal.

De kundige kapitein trok zich daar niets van aan.

Hij stuurde zijn nieuwe schip de
nauwe sluis in.

Later voer het onbeschadigde schip weer verder.