What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
BSR 13/11 2t spelling herhaling leerjaar 1
Open je boek alvast op blz 228-229.
Log alvast in op LessonUp
(de code staat linksonder in beeld).
§1
Herhaling leerjaar 1
§2
Leestekens (komma)
Voordat we beginnen:
WELKOM
2T
1 / 29
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
29 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Open je boek alvast op blz 228-229.
Log alvast in op LessonUp
(de code staat linksonder in beeld).
§1
Herhaling leerjaar 1
§2
Leestekens (komma)
Voordat we beginnen:
WELKOM
2T
Slide 1 - Slide
1.
Kijken naar waar we de komende periode aan gaan werken.
2.
Uitleg cursus 7 paragraaf 1.
3.
Herhaling Spelling leerjaar 1
(cursus 7 paragraaf 1).
4.
Vooruitblik op paragraaf 2.
5.
Terugblikken en afronden.
Wat gaan we
vandaag
doen?
Slide 2 - Slide
Je hebt je kennis over
spelling
van leerjaar 1 opgefrist.
Je weet in welke situaties je een hoofdletter hoort te schrijven.
Je weet hoe je meervoudsvormen moet spellen.
Lesdoelen
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Waarom gebruiken we eigenlijk leestekens?
Slide 6 - Mind map
Met welke leestekens kun je een zin afsluiten?
Slide 7 - Mind map
In welke situaties schrijf je in onze taal een hoofdletter?
Slide 8 - Mind map
Het maken van aantekeningen kan helpen om de uitleg beter te onthouden.
Aantekeningen
bij spelling
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Leestekens (komma)
Een
komma
gebruiken we in een aantal gevallen.
Wanneer je twee zinnen samenvoegt tot een nieuwe, langere zin. Die komma staat dan:
Tussen twee
persoonsvormen
:
Als de zon fel
schijnt
,
moet
je je insmeren.
Voor
voegwoorden
zoals
maar, nadat, omdat, terwijl, want:
Ik ben te laat,
omdat
ik me heb verslapen.
Voor en na een deel van de zin dat niet zelfstandig staat.
De verdediger
,
die er niets van kan
,
gaf weer een goal weg.
Slide 11 - Slide
Schrijf de zin over met komma's.
Ik wil graag een nieuwe auto een nieuwe fiets een nieuwe telefoon en nieuwe schoenen.
Slide 12 - Open question
Plaats komma's.
Ik wil graag op stedentrip naar Berlijn de hoofdstad van Duitsland omdat mij dat een mooie stad lijkt.
Slide 13 - Open question
Maak een zin die eindigt met een vraagteken.
Slide 14 - Open question
Meervouden komen voor op -en of op -s.
Zet -en achter het woord, dit kan een verandering in het woord aanbrengen.
Lastig: idee (=ën) -> ideeën.
Zet een -s achter het woord, voeg een 'apostrof' toe als je het woord anders uitspreekt en bij afkortingen: taxi's, cd's.
Meervoud
Slide 15 - Slide
Meervoud op -en
Meervoud op -s
pepernoot
tennisracket
handschoen
Airpod
Slide 16 - Drag question
Noteer de meervoudsvorm van:
banaan, telefoon, hobby
Slide 17 - Open question
Geef een voorbeeld van een bijvoeglijk naamwoord.
Slide 18 - Mind map
Zegt iets over een zelfstandig naamwoord (mens, dier of ding).
Heeft een korte en lange vorm
(aardig - aardige).
Je schrijft een bijvoeglijk naamwoord altijd zo kort mogelijk, tenzij het spraakverwarring oplevert.
Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord zegt van welk materiaal iets gemaakt is: houten stoel, plastic tas, zilveren ketting.
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 19 - Slide
een (informatie) gesprek
A
informatie
B
informatief
C
informatiev
D
informatievol
Slide 20 - Quiz
het (positief) resultaat
A
positieve
B
positief
C
positiefe
Slide 21 - Quiz
de (wandelen) mensen
A
wandelde
B
gewandeld
C
wandelende
D
wandelendde
Slide 22 - Quiz
Wat?
Cursus 7 Spelling, paragraaf 1: Herhaling leerjaar 1 (blz. 262-263).
Digitale paragraaf.
Hoe?
Op je iPad via Magister leermiddelen. Aan het einde van de opdracht krijg je een score te zien.
Hulp
De theorie in deze LessonUp.
Tijd
Vijftien minuten.
Waarom?
Om te oefenen met de stof van spelling uit leerjaar 1.
Klaar?
Begin alvast met paragraaf 2 (blz. 230-231).
Herhaling leerjaar 1
timer
15:00
Slide 23 - Slide
Neem deel onze LessonUp klas
Wat kun je hier vinden?
LessonUps
Video's
Handige websites
Klassencode
u2ha:
ihcqy
Slide 24 - Slide
Je hebt je kennis over spelling van leerjaar 1 opgefrist.
Je weet in welke situaties je een hoofdletter hoort te schrijven.
Je weet hoe je meervoudsvormen moet spellen.
Lesdoelen
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Welke twee woorden zijn verkeerd gespeld?
Elke Vrijdagavond kun je het weekent spetterend beginnen met een bezoek zwembad De Blauwe Golf.
Slide 27 - Open question
Sluit de zin af met het juiste leesteken.
Wat heb je dit weekend gedaan
A
punt
B
komma
C
uitroepteken
D
vraagteken
Slide 28 - Quiz
Welke regel volg je bij het spellen
van een bijvoeglijk naamwoord?
Slide 29 - Mind map
More lessons like this
bsr 2/10 2(a)ha Spelling §1 herhaling leerjaar 1
August 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Creatief schrijven & spelling les 4: meervoud van zelfstandige naamwoorden
February 2023
- Lesson with
48 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 13 - 2HN - Woensdag 4 okt.
October 2023
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Creatief schrijven & spelling les 5: samengestelde woorden
February 2023
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Herhaling
May 2024
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Spelling §1 herhaling leerjaar 1
November 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Herhaling leerjaar 1
November 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
B1M1 - Het zelfstandige naamwoord (herhaling lagere school)
September 2022
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Secundair onderwijs