spelling thema 4 les 1

• Spelling
• Basisschool
• Groep 7

thema 4 les 1

Doel

Ik weet welke woorden ik altijd moet schrijven met een hoofdletter.

Dit moet je weten...

Eigennamen van mensen, dieren of dingen schrijf je altijd met een hoofdletter, bijvoorbeeld je eigen naam

Hoe heet jij?
Schrijf je voor en achternaam op de juiste manier op.

2

Aardrijkskundige namen schrijf je altijd met een hoofdletter zoals landen, steden, zeeën en rivieren...

In welk land, provincie en stad woon jij?

Welke twee zeeën grenzen aan Nederland?

3

Namen van bedrijven en organisaties, dus ook scholen schrijf je met een hoofdletter. Denk aan: Unicef, Rabobank en basisschool De Wegwijzer

Schrijf de naam van onze school correct op.

4

Namen van feestdagen zoals Kerstmis en Pasen schrijf je met een hoofdletter.

5

We sluiten af met titels van boeken en films;

Het leven van een lozer

Hoe overleef ik.....

Welk boek ben jij aan het lezen?

Extra Doel

Ik kan van woorden die eindigen op o, a, u of i een verkleinwoord maken  zoals auto-autootje

Let op

Namen, dieren en dingen die eindigen op o, a, u of i krijgen een extra klinker als je het woord verkleind

oma-omaatje

cavia-caviaatje

paraplu-parapluutje

Aan de slag

Je gaat nu aan de slag met het dictee.

1.  Luister goed en noteer de antwoorden in je werkboek blz. 62. Morgen kijk je het dictee na.
2. Na dit dictee maak je het dictee in Snappet bij thema 4 les 1
3. Maak 20 opgaven in de + van deze les

                                                                            Succes