This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 20 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 7
De overheid
Slide 1 - Slide
Er zijn verschillende overheidslagen. Noem er drie.
Slide 2 - Open question
Welke overheid is verantwoordelijk voor de rechtspraak?
A
Rijksoverheid
B
Gemeente
C
Provincie
D
Waterschappen
Slide 3 - Quiz
Welke overheid is verantwoordelijk voor het schoonmaken van de straten in jouw woonwijk?
A
Rijksoverheid
B
Provincie
C
Gemeente
D
Waterschappen
Slide 4 - Quiz
De overheid is verantwoordelijk voor onder andere de infrastructuur. Noem een voorbeeld van infrastructuur waar jij gebruik van maakt.
Slide 5 - Open question
Wat is een taak van de provincie?
A
Het uitgeven van een nieuw paspoort
B
zuiveren van afvalwater
C
De aanleg van een nieuwe weg tussen 2 steden
D
Jeugdzorg bieden aan gezinnen
Slide 6 - Quiz
Een bedrijf ontwikkelt een milieuvriendelijke productiemethode. Het kan een ..... aanvragen.
A
milieuheffing
B
subsidie
Slide 7 - Quiz
De overheid wil het gebruik van benzineauto's minder aantrekkelijk maken. Ze verhoogt de ..... op benzine
A
accijns
B
energiebelasting
Slide 8 - Quiz
Een chemiebedrijf stoot meer Co2 uit dan was afgesproken. Daarom betaalt het bedrijf extra .....
A
accijns
B
milieuheffing
Slide 9 - Quiz
Voor welke van onderstaande voorzieningen is de overheid niet verantwoordelijk?
A
Onderwijs
B
Gezondheidszorg
C
Defensie
D
Supermarkten
Slide 10 - Quiz
Door de sociale zekerheid in ons land ..
A
kan iedereen die dat wil een uitkering krijgen
B
kan iedereen in zijn noodzakelijke behoeften voorzien
C
heb je de zekerheid dat iedereen zich sociaal gedraagt
D
is iedereen zeker van een baan
Slide 11 - Quiz
De AOW-uitkering is een volksverzekering
A
juist
B
onjuist
Slide 12 - Quiz
Een zzp-er heeft recht op een wia-uitkering bij arbeidsongeschiktheid.
A
juist
B
onjuist
Slide 13 - Quiz
Sociale voorzieningen worden betaalt uit ....
A
belastinggeld
B
sociale premies
Slide 14 - Quiz
Welke belasting betaal je als je boodschappen koopt in de winkel?
A
Loonbelasting
B
Vennootschapsbelasting
C
Hondenbelasting
D
Omzetbelasting
Slide 15 - Quiz
Amir denkt dat accijns bedoeld is om mensen van het roken af te houden. Lisa denkt dat accijns bedoeld is om inkomsten te krijgen voor de overheid. Wie heeft gelijk?
A
Amir
B
Lisa
C
Beiden
D
Geen van beiden
Slide 16 - Quiz
een indirecte belasting is
A
inkomstenbelasting
B
vermogensbelasting
C
accijns
D
vennootschapsbelasting
Slide 17 - Quiz
De toelichting op de rijksbegroting heet
A
begrotingstekort
B
staatsschuld
C
miljoenennota
D
troonrede
Slide 18 - Quiz
Een land heeft €249,1 miljard aan inkomsten. Het land heeft €267 miljard aan uitgaven. Dit land heeft een ...
A
Begrotingstekort
B
Begrotingsoverschot
C
Probleem
Slide 19 - Quiz
Een land heeft €249,1 miljard aan inkomsten. Het land heeft €267 miljard aan uitgaven. Bereken het begrotingstekort in €.