Les 32 - 1TA - Woensdag 19 ma.

1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Les 32- 1TA
Werkwoordspelling



DOME

Slide 2 - Slide

Planning
1. Wat heb je thuis gelezen?
-Voorlezen
2. Nieuws
3. Herhalen - Samen een opdracht maken
4. Aantekeningen
-Pauze-
5. Zelfstandig werken
6. Afsluiten

Slide 3 - Slide

Voorlezen
timer
7:00

Slide 4 - Slide

NIEUWS VAN DE DAG

Slide 5 - Slide

§8 - Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Slide 6 - Slide

§ 9 Sterke en zwakke werkwoorden
Sterke werkwoorden veranderen in de verleden tijd van klank: 
lopen → liepen; ruiken → roken; zoeken → zochten.
De verschillen zie je in de verleden tijd. Bij onregelmatige werkwoorden (§13) zie je dit verschil ook in de tegenwoordige tijd.

Zwakke werkwoorden veranderen in de verleden tijd niet van klank: hopen → hoopten; praten → praatten; spelen → speelden; luisteren → luisterden.
Je gebruikt 't x-kofschip (§10)

Slide 7 - Slide

§10 - Persoonsvorm verleden tijd van zwakke werkwoorden
1 - Maak de stam van het werkwoord (-en)
2 - Waar eindigt de laatste letter van de stam op?
3- Gebruik 't X - K(o)fsch(i)p
>WEL in 't X - K(o)fsch(i)p = +te(n)
NIET in 't X - K(o)fsch(i)p = +de(n)
-Soms moet je voor de uitspraak klinkers toevoegen
>Raden - Ik raadde

Slide 8 - Slide

§10 - Persoonsvorm verleden tijd van zwakke werkwoorden
1. Toen Radu het nieuws (horen) _________________ , (barsten) _________________ hij in huilen uit.


2. De grote poster (vergroten) _________________ de kans dat veel mensen de website zouden bezoeken.

Slide 9 - Slide

§ 11 Persoonsvorm verleden tijd van sterke werkwoorden

Alleen enkelvoud en meervoud

-Verandert van klank
-Soms moeten er letters weg of erbij voor de uitspraak

hebben / hadden
beet / beten

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Maken
Cursus 7 - Spelling

§ 11 Persoonsvorm verleden tijd van sterke werkwoorden

Klaar?

Maak 'trainen'


timer
27:00

Slide 12 - Slide

Einde van de les

Slide 13 - Slide