P1.5 Révise Grandes Lignes Chapitre 1 5vwo

Révise
Chapitre 1
Grandes Lignes 
5 vwo
1 / 26
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Révise
Chapitre 1
Grandes Lignes 
5 vwo

Slide 1 - Slide

Onderdelen
Vocabulaire A, B, C
Grammaire A, B, C

Bonne chance!

Slide 2 - Slide

Greenpeace fait appel à des bénévoles.
fait appel à =
A
doet een beroep op
B
heeft nodig
C
maakt gebruik van
D
neemt contact op met

Slide 3 - Quiz

Que faire contre le réchauffement de la terre?
le réchauffement = (typ je antwoord)

Slide 4 - Open question

Il fume alors qu'il sait que c'est mauvais pour la santé.
alors qu' =
A
dus
B
maar
C
ondanks
D
terwijl

Slide 5 - Quiz

L'animatrice accueille les enfants.
accueille = (typ je antwoord)

Slide 6 - Open question

La température a beaucoup augmenté.
augmenté =
A
afgenomen
B
toegenomen
C
verslechterd
D
verbeterd

Slide 7 - Quiz

Mon frère a souvent un comportement bizarre.
un comportement = (typ je antwoord)

Slide 8 - Open question

Vertaal: Het is belangrijk het milieu beschermen.

Slide 9 - Open question

voor elkaar krijgen =
A
réaliser
B
récolter
C
réunir
D
réussir

Slide 10 - Quiz

Vertaal: De werknemer is in de fabriek.

Slide 11 - Open question

fairtrade =
A
durable
B
équitable
C
généreux
D
responsable

Slide 12 - Quiz

Vertaal: Deze organisatie heeft als doel om te protesteren tegen de jacht.

Slide 13 - Open question

Hij zal gaan
A
il sera
B
il aura
C
il fera
D
il ira

Slide 14 - Quiz

wij zullen hebben
A
nous irons
B
nous ferons
C
nous serons
D
nous aurons

Slide 15 - Quiz

Maak af:
Si j'avais une voiture ...
A
j'irai en Italie.
B
j'irais en Italie.
C
je voyagerai en Italie.
D
je voyagerais en Italie

Slide 16 - Quiz

Maak af:
Si tu as des vacances ...
A
tu prépareras tes tests.
B
tu préparerais tes tests.
C
tu iras en Italie.
D
tu irais en Italie.

Slide 17 - Quiz

commencer
wij beginnen =

Slide 18 - Open question

acheter
jij zal kopen =

Slide 19 - Open question

manger
ik at

Slide 20 - Open question

Welke zin is correct?
A
Le film que j'ai vu hier, était affreux.
B
Le film qui j'ai vu hier, était affreux.
C
Le film dont j'ai vu hier, était affreux.
D
Alle zinnen zijn goed.

Slide 21 - Quiz

Welke zin is correct?
A
Le film que j'ai parlé, était affreux.
B
Le film qui j'ai parlé, était affreux.
C
Le film dont j'ai parlé, était affreux.
D
Geen enkele zin is correct.

Slide 22 - Quiz

Maak van deze zinnen één zin:
Je mange une pizza. La pizza est bonne. Gebruik que/qui/dont.

Slide 23 - Open question

Maak van deze zinnen één zin.
Je regarde un garçon. Le garçon est sportif.

Slide 24 - Open question

Hoe vertaal je 'dont' in deze zin:
C'est une suprise dont j'ai très envie.
A
waarbij
B
waarin
C
waarmee
D
waarvan

Slide 25 - Quiz

Wat nog te doen? 
- Vocabulaire Frans-Nederlands: oefenen online (wrts, slim stampen)
- Vocabulaire Nederlands-Frans: oefenzinnen op bord
- Grammaire A: oefenen in Boîte à Gram
- Grammaire B: oefenen in verbuga.eu
- Grammaire C: oefenen in Boîte à Gram en/of verbuga.eu 

Slide 26 - Slide