V1 Frans finale

V1 A&B

le 9 janvier
2023

1 / 37
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

V1 A&B

le 9 janvier
2023

Slide 1 - Slide

Le Plan
Nog 4 lessen (9, 13, 16, 20 januari). Daarna de wissel met Spaans. 
Wat staat er nog op het programma?
1. inleveren PO: ma famille (stamboom) --> cijfer
2. opfrissen unité 1 & 2 met deze lesson up --> huiswerkcijfer
3. Nieuw: unité 3 a. tellen tot en met 60. b. klokkijken. c. vertellen over wat je op een schooldag doet (je vakken en je vrije tijd). (werkboek) --> huiswerkcijfer + Poster. 

Slide 2 - Slide

Songtekst The Shorts: je suis, tu es - 1983

Je suis, tu es, il est, nous sommes, vous êtes aimables
Je suis, tu es, il est, vous êtes, nous sommes heureux
Je suis, tu es, il est, vous êtes très véritables
Je suis, tu es, vous êtes, nous sommes très amoureux
Zij was de knappe assistente van onze ouwe leraar Frans
Ze was echt een française, kreeg hier in Nederland haar kans
Wanneer de ouwe leraar weg was, nam zij de lessen voor hem maar
Want iedereen was verliefd op haar

aimable = vriendelijk                véritable = echt
heureux = gelukkig                    amoureux = verliefd


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Nous sommes heureux
A
jullie zijn echt
B
jullie zijn gelukkig
C
wij zijn echt
D
wij zijn gelukkig

Slide 5 - Quiz

Wat betekent: je suis aimable?
A
Ik ben aardig
B
Jij bent aardig
C
ik ben gelukkig
D
jij bent gelukkig

Slide 6 - Quiz

Bonjour je me présente: 

Je m'appelle Maeva Leclerq. 
J'ai 13 ans.
Je suis une fille belge.
J'habite à Bruxelles.
Bruxelles est une jolie ville.
Mon adresse est 34, rue de Spa
C'est un joli appartement au 5e étage. 
Je parle français et néerlandais (flamand). 

Slide 7 - Slide

Maeva schrijft over haar:
A
naam, stad, appartement, leeftijd, ouders
B
naam, stad, appartement, leeftijd, talen.
C
naam, stad, appartement, leeftijd , adres
D
naam, stad, appartement, leeftijd, adres, talen

Slide 8 - Quiz

Bruxelles est une jolie ville.
A
Brussel is een lelijke stad.
B
Brussel is een mooie stad.
C
Brussel is en Belgische stad.
D
Brussel is de hoofdstad.

Slide 9 - Quiz


Lees de tekst goed en onthoud! 

Mon école 's appelle 'collège Roi Boudoin'. Dans ma classe il y a 24 élèves: 16 garçons et 8 filles. J'ai deux amies dans ma classe. Elles s'appellent Lisa et Pauline. 
J'aime la musique! Je joue de la guitare. 

Slide 10 - Slide

'Roi Boudoin' is:
A
de naam van de school
B
het adres van de school
C
de naam van haar beste vriend
D
haar adres

Slide 11 - Quiz

Wat zou 'Roi Boudoin' betekenen?
A
Koning Boudewijn
B
De naam van een andere bekende Belg.

Slide 12 - Quiz

Maeve a deux amies. Wat zijn dat?
A
twee vrienden
B
twee vriendinnen
C
twee neven
D
twee nichten

Slide 13 - Quiz

J'aime betekent
A
Jamin (snoep)
B
Jij houdt van
C
Ik houd van
D
ik speel

Slide 14 - Quiz


Les vacances avec qui? 
A
Mon père, mon chien et moi
B
Ma mère, mon chat et moi.

Slide 15 - Quiz


Où est ma mère?
A
Elle est à coté de mon père.
B
Elle est sur la voiture.

Slide 16 - Quiz


Tu as des frères et soeurs? 
A
Non, je suis fils unique.
B
Non, je suis divorcé.

Slide 17 - Quiz

Lees de tekst en onthoud! 

Simon Dumas et sa famille
Simon habite dans un joli village avec sa mère. 
Simon a deux hobbys: son piano et son chat. 
Le chat de Simon s'appelle Zorro. Zorro a cinq ans et il a un frère. Son frère s'appelle Barça. Barça habite chez l'oncle de Simon. 
Zorro n'aime pas la musique. Il n'aime pas le piano de Simon. O lalala! C'est difficile pour Simon. 

Slide 18 - Slide

Simon habite dans un joli village.
A
Simon woont in en mooie stad.
B
Simon woont in en mooi dorp.
C
Simon woont in een mooie villa

Slide 19 - Quiz

Simon a deux hobbys. Wat betekent 'a'?
A
heeft
B
naar
C
in
D
gaat

Slide 20 - Quiz

Simon a un frère, Barça?
A
Oui
B
Non

Slide 21 - Quiz

Barça, c'est qui?
A
C'est le frère de Zorro.
B
C'est le chien de Simon.

Slide 22 - Quiz

Où habite Barça?
A
Bij zijn oom.
B
Bij de oom van Simon.

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Link

Wat betekent 'avoir'
A
hebben
B
zijn
C
willen
D
doen

Slide 25 - Quiz

Ik heb
A
J'ai
B
tu as

Slide 26 - Quiz

wij hebben
A
nous avons
B
nous sommes

Slide 27 - Quiz

Zij hebben
A
ils ont
B
ils sont

Slide 28 - Quiz

Ik begreep (bijna) alles in deze lesson up
oui
non

Slide 29 - Poll

Deze les ging over être (zijn), avoir (hebben), zichzelf voorstellen, famillie. Wat vind je nog moeilijk?

Slide 30 - Open question

Super bien! 

Je hebt al een heleboel kennis van het Frans verworven, want je hebt deze quiz helemaal gemaakt. Zelf als zijn er dingen die je niet 'snapt'. 

Bravo! 


Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

V1 A&B

le 9 janvier
2023

Les 2

Slide 33 - Slide

Le Plan

We start met unité 3 p. 74. Vandaag doen we het volgende. 

1. Lees de bladzijden 74 en 75 om te begrijpen waarover het hoofdstuk gaat(school n hobbies). Maak de vragen op blz 75. 
2. Lees (lire) en maak de opdrachten op blz 77 t/m 81. Gebruik de apprendre's 1 & 2 op blz 100, 101. 

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Video

Slide 36 - Video

Slide 37 - Slide