3.1 Leenheren, leenmannen en horigen (B)

Tijd van Monniken en Ridders 
3.1 Leenheren, leenmannen en horigen (B)
1 / 18
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Tijd van Monniken en Ridders 
3.1 Leenheren, leenmannen en horigen (B)

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen? 
1. Welkom
2. Leerdoelen terugkoppeling
3. Leerdoelen
4. Theorie
5. Aan de slag
6. Leerdoelen nabespreken

Slide 2 - Slide

Leerdoelen terugkoppeling
1. Je kunt beschrijven door welke oorzaken West-Europa in de vroege Middeleeuwen weer een agrarische samenleving werd. 

2. Je kunt het ontstaan van horigheid verklaren.

3. Je kunt uitleggen dat domeinen zelfvoorzienend waren. 

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
1. Je kunt beschrijven hoe West-Europa zich na het einde van de Romeinse Rijk bestuurlijk ontwikkelde. 

2. Je wat wat feodale verhoudingen zijn en hoe ze ontstonden. 

3. Je kunt oorzaken beschrijven van de verbrokkeling van de macht (in 9e en 10e eeuw).

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Theorie
De Germanen die het Romeinse Rijk binnendrongen, werden aangevoerd door krijgsheren (militair aanvoerder die zijn gezag gebruikt om ook politieke macht uit te oefenen). Meestal hadden die alleen voor de duur van een veldtocht de leiding. 

Ook de Romeinen maakten eerst nog gebruik van deze krijgsheren bij het beschermen van het Rijk. Om hen aan zich te binden, gaven de Romeinen aan zulke leiders soms de titel rex (koning). 

Slide 6 - Slide

Theorie
Na het Romeinse Rijk waren er veel van deze 'koningen' die hun eigen staatjes probeerden te behouden. Vaak was dit ook erfelijk, maar lang niet altijd ging het rijk naar de oudste zoon. Dit zorgde vaak voor ruzies waardoor staatjes nog verder werden verdeeld

Slide 7 - Slide

Theorie
Karel de Grote

  • - Heerser groot rijk (Karolingen)
  • - Liet zich kronen tot keizer in 800
  • - Bestuurde rijk uit verschillende plaatsen
  • - Bedacht handtekening, school en nieuw schrift. 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Theorie
Germaanse krijgsheren (leenheer) omringden zich altijd met mannen die hen trouw hadden gezworen. Deze mannen (vazallen) die met krijgsheren mee op oorlogspad en kregen een deel van de oorlogsbuit. Soms kregen ze zelfs land.. 

Opschrijven:
Leenheer: Vorst die in ruil voor bepaalde diensten grond in leen geeft aan vazal/leenman.

Vazallen: Noemen we soms ook leenman. Iemand die trouw zweert aan een leenheer. 

Slide 10 - Slide

Theorie
Feodale verhoudingen/Feodalisme
Het gaat hierbij om het zweren van een eed van trouw om de wapenen op hen te nemen wanneer de leenheer een beroep op de vazal/leenman doet. 


Slide 11 - Slide

Theorie
Het rijk van de Karolingen en hun macht begon in de 9e en 10e eeuw te verbrokkelen. Hoe kwam dit? (Je kunt oorzaken beschrijven van de verbrokkeling van de macht (in 9e en 10e eeuw)). 

Opschrijven:
  • een leenman kon zijn band met de leenheer zo maar opzeggen. 
  • hertogen en graven gebruikten verdeeldheid om zich steeds onafhankelijker op te stellen.
  • Europa word binnengevallen door Hongaren, moslimpiraten en Noormannen.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Theorie
Wat is het verschil tussen het feodalisme en het hofstelsel?

Het lijkt heel erg op elkaar, maar er is toch een verschil. Het hofstelsel is een organisatie van de economie. Het feodalisme is een besturingssysteem. (politiek) 

Slide 14 - Slide

Beeldmateriaal

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Aan de slag
Maak de opdrachten 4, 5, 9 en 12a van 3.1

Kijk 'Feodalisme' van JortGeschiedenis op Youtube. 

Probeer in eigen woorden uit te leggen wat het feodalisme is. 

Slide 17 - Slide

Leerdoelen nabespreken
1. Je kunt beschrijven hoe West-Europa zich na het einde van de Romeinse Rijk bestuurlijk ontwikkelde. 

2. Je wat wat feodale verhoudingen zijn en hoe ze ontstonden. 

3. Je kunt oorzaken beschrijven van de verbrokkeling van de macht (in 9e en 10e eeuw).

Slide 18 - Slide