What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhaling H1
Herhaling hoofstuk 1
Welkom. Ga rustig zitten en doe alvast:
Je boeken dicht op tafel
Rekenmachine, kladpapier en pen op tafel
Laptop erbij pakken en log in bij lessonupp.
1 / 32
next
Slide 1:
Slide
Economie
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
This lesson contains
32 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Herhaling hoofstuk 1
Welkom. Ga rustig zitten en doe alvast:
Je boeken dicht op tafel
Rekenmachine, kladpapier en pen op tafel
Laptop erbij pakken en log in bij lessonupp.
Slide 1 - Slide
Programma
Quiz
Aan de slag
Slide 2 - Slide
Eerst de quiz en daarna
Begrippen oefenen. pagina 26 27
met herhalingsopdrachten pagina 28
of plus opdrachten pagina 30
of rekenopdrachten pagina 33
of examentraining pagina 34
Dus noteer tijdens de quiz welke onderdelen je nog niet goed beheerst.
Slide 3 - Slide
Primaire behoeften
Secundaire behoeften
Slide 4 - Drag question
Schaarse goederen:
A
Goederen waarbij middelen nodig zijn om ze te maken
B
Goederen die niet vaak voorkomen en zeldzaam zijn.
Slide 5 - Quiz
Als goederen schaarser worden, gaat de prijs ervan omlaag
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quiz
Welvaart neemt toe wanneer je inkomen ......
A
Daalt
B
Stijgt
Slide 7 - Quiz
Je inkomen is € 500 per maand. 6% van je inkomen geef je uit aan sparen. Welk bedrag geef je uit aan sparen?
A
€ 40
B
€ 35
C
€ 25
D
€ 30
Slide 8 - Quiz
Berekening
Slide 9 - Slide
Marketingmix
Prijsbeleid
Plaatsbeleid
Productbeleid
Promotiebeleid
presentatiebeleid
personeelsbeleid
De winkelier verkoopt ook sportrugzakken
De sportwinkel in het centrum
Een poster in een kledingwinkel
Een winkelier verkoopt sommige rugzakken met korting
De winkel ziet er netjes uit.
Alle producten staan overzichtelijk in de schappen
Alle werknemers van het bedrijf hebben dezelfde werkkleding aan. Dan zijn ze duidelijk herkenbaar voor de klanten
Slide 10 - Drag question
Wat is een doelgroep?
A
Groep die voor een doel staat
B
Alle klanten die je product hebben gekocht.
C
Een groep mensen waarvoor een product of boodschap bedoelt is.
Slide 11 - Quiz
Wat voor merk is dit?
A
A-merk
B
B-merk
C
C-merk
D
Huismerk
Slide 12 - Quiz
De reclame hiernaast is een....reclame
A
commerciële
B
ideële
Slide 13 - Quiz
Je hebt een kortingsbon van €10. Je koopt voor €60 aan spullen. Hoeveel procent is de korting? Rond af op heel getal.
A
16%
B
17%
C
20%
D
14%
Slide 14 - Quiz
Berekening
Slide 15 - Slide
Een begroting is een overzicht van je verwachte inkomsten en verwachten uitgaven voor de komende periode.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quiz
Inkomen in natura
Inkomen uit bezit
Inkomen uit arbeid
Overdrachtsinkomen
Kleedgeld
Spullen of goederen
Rente
Winst
Slide 17 - Drag question
Wat zijn vaste lasten?
A
Overzicht van inkomsten en uitgaven
B
Uitgaven die regelmatig terugkeren
C
Uitgaven voor boodschappen
D
Uitgaven die je niet zo vaak doet
Slide 18 - Quiz
Je betaalt € 760 per maand aan huur.
Hoeveel betaal je per week?
A
175,38
B
190
C
175,39
Slide 19 - Quiz
Berekening
Slide 20 - Slide
Over 1 jaar wil je een nieuwe telefoon (€ 600) kopen. Je hebt € 120 gespaard. Bereken hoeveel je moet reserveren per maand.
A
€ 10
B
€ 50
C
€ 60
D
€ 40
Slide 21 - Quiz
Berekening
Reservering per maand = benodigd bedrag : aantal maanden
Benodigd bedrag = € 600 - € 120 = € 480
Aantal maanden = 1 jaar = 12 maanden
Reservering per maand = €480 : 12 maanden = € 40
Slide 22 - Slide
In 2010 koste een pak koffie € 5,15. Nu kost hetzelfde pak € 9,12. Bereken met hoeveel procent de prijs is gestegen.
A
-43,5%
B
43,5%
C
77,1%
D
-77,1%
Slide 23 - Quiz
Berekening
Verandering in % = (nieuw - oud) : oud x 100%
Nieuw = € 9,12
Oud = € 5,15
Verandering in % = (9,12 - 5,15) : 5,15 x 100% = 77,08 = 77,1 %
Slide 24 - Slide
Inflatie =
A
De daling van de prijzen
B
De stijging van de prijzen
Slide 25 - Quiz
Je koopkracht stijgt als je inkomen stijgt of als de prijzen dalen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quiz
Een indexcijfer laat een procentuele verandering zien ten opzichte van een basisjaar
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quiz
Vanaf 2010 (basisjaar) is de gemiddelde prijs van een laptop gestegen van € 320 naar € 460 in 2020. Wat is de index voor het jaar 2020?
A
43,75
B
143,75
C
69,57
D
169,57
Slide 28 - Quiz
Berekening
Indexcijfer = nieuw getal : getal basisjaar x 100
Nieuw getal: € 460
Getal basisjaar: € 320
Indexcijfer = 460 : 320 x 100 = 143,75
Wanneer gevraagd wordt om een indexcijfer ronden we vaak af. Dan wordt het 144.
Slide 29 - Slide
Aan de slag ter voorbereiding op toets
Individueel. Dus in stilte
.
Bij vragen: hand opsteken.
Begrippen oefenen. pagina 26 27
met herhalingsopdrachten pagina 28
of plus opdrachten pagina 30
of rekenopdrachten pagina 33
of examentraining pagina 34
Slide 30 - Slide
Als het goed is weet je:
wat het verschil is tussen primaire en secundaire behoeften
wat het bij economie betekent als iets schaars is
wat welvaart is en hoe je welvaart kan toenemen
hoe je met een percentage een getal kunt berekenen
hoe bedrijven proberen je meer te laten kopen
welke verschillende soorten reclame je kunt onderscheiden
dat bedrijven zich bij de verkoop op bepaalde groepen richten
wat voor merken er zijn
hoe je een percentage kunt berekenen
hoe je conclusies kunt trekken uit een begroting
welke drie soorten inkomens er zijn
hoe je de gezinsuitgaven in drie groepen kunt indelen
hoe je bedragen kunt omrekenen van maand naar week en omgekeerd
hoe je een reservering kunt berekenen
Als het goed is weet je:
1.1
wat het verschil is tussen primaire en secundaire behoeften
wat het bij economie betekent als iets schaars is
wat welvaart is en hoe je welvaart kan toenemen
hoe je met een percentage een getal kunt berekenen
1.2
hoe bedrijven proberen je meer te laten kopen
welke verschillende soorten reclame je kunt onderscheiden
dat bedrijven zich bij de verkoop op bepaalde groepen richten
wat voor merken er zijn
hoe je een percentage kunt berekenen
1.3
hoe je conclusies kunt trekken uit een begroting
welke drie soorten inkomens er zijn
hoe je de gezinsuitgaven in drie groepen kunt indelen
hoe je bedragen kunt omrekenen van maand naar week en omgekeerd
hoe je een reservering kunt berekenen
1.4
hoe je een verandering in procenten kunt berekenen
wat inflatie is
wat de gevolgen van inflatie zijn voor je koopkracht
hoe inflatie met indexcijfers berekend wordt
hoe je berekeningen maakt met behulp van indexcijfers
Slide 31 - Slide
Huiswerk
Slide 32 - Slide
More lessons like this
Herhaling H1 hoe welvarend ben jij?
October 2022
- Lesson with
30 slides
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Herhaling H1
September 2024
- Lesson with
33 slides
Economie
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
3 VM toets voorbereiding H1
October 2022
- Lesson with
25 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b, k, g
Leerjaar 3
1.4 Het boodschappenmandje van het CBS
August 2018
- Lesson with
42 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
H1.4 Wordt alles duurder
September 2022
- Lesson with
23 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Herhaling deel stof 3e klas
August 2024
- Lesson with
21 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
1.4
September 2023
- Lesson with
37 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
1.4 alles duurder (deel 1)
September 2022
- Lesson with
23 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3