12.5-2 De nieren V5 2425

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 12.5 De nieren deel 2
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 26 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 12.5 De nieren deel 2

Slide 1 - Slide

Lesdoel 12.5
Nieren (regeling zout- en waterhuishouding)

Hoofdstuk 12 leerplan

Slide 2 - Slide

Zonder te spieken:

Benoem de onderdelen
Benoem de processen

Slide 3 - Slide

Voorurine -> urine
In het filtraat/ de voorurine zitten: water, glucose, zouten, ureum, andere afvalstoffen.

1. Glucose en andere voedingsstoffen moet weer terug in de bloedbaan.
2. Water en zouten moeten deels weer terug in de bloedbaan.
3. Ontzuren van het bloed

Slide 4 - Slide

BINAS 85C

Slide 5 - Slide

Osmotische waarde in de nier
Laag in de nierschors 
(ongeveer gelijk aan 
bloedplasma en 
weefselvloeistof)
Hoog het het niermerg

Slide 6 - Slide

Tegenstroompricipe
Het bloed rond het nier-
buisje loopt de andere
kant op dan de voorurine.
Dit bevorderd de terug-
resorptie van water.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Leerdoel 15
Je legt de regulatie van de water- en zouthuishouding door hormonen uit.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Tweede gekronkelde nierbuisje
Actief transport van 2K+ naar binnen (ín de voorurine), 3Na+ naar buiten (naar weefsel/ bloed). Hoe harder de pomp werkt hoe meer zout je weer terug 
opneemt in je bloed.

Slide 11 - Slide

Hormonen - Renine/Aldosteron
Lage bloeddruk->
zorgt voor Renine afgifte door nieren ->
vormt Angiotestine I ->
vormt Angiotestine II -> 
zorgt voor Aldosteron afgifte door de bijnieren
Zie BINAS 89A en 85D


Slide 12 - Slide

Tweede gekronkelde nierbuisje
Aldosteron bevordert de werking van de Na/K pompen.

Hoe meer Aldosteron hoe meer zout (plus water) er uit de voorurine wordt gehaald.








Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Hormonen - ADH
Te veel zout in het bloed (hoge osmotische waarde) ->
ADH (anti-diuretisch hormoon) afgifte door de hypofyse

Zie BINAS 89A en 85D


Slide 15 - Slide

Verzamelbuisje
Waterkanalen zorgen voor terugstromen water in het bloed.

ADH zorgt voor toename van het aantal waterkanalen in de celmembranen van de cellen in het verzamelbuisje

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Hormonen - Bloeddruk
Renine en ADH zijn ook betrokken bij het regelen van de bloeddruk. Veel water vasthouden betekent een hogere bloeddruk. 
Veel water verliezen betekent een lagere bloeddruk -> plaspillen

Bekijk ook BINAS 85D



Slide 19 - Slide

Alcohol en de nieren
Alcohol remt de productie van ADH.
Dit betekent een hogere urineproductie dan nodig dus relatief veel vochtverlies -> hoofdpijn



Slide 20 - Slide

Vraag
Bij een proefpersoon wordt extra water aan het bloed toegevoegd. Welk gevolg zal dit hebben voor de osmotische waarde van de voorurine en die van de urine:

De osmotische waarde van de voorurine .....1.....stijgt/daalt
De osmotische waarde van de urine ......2......stijgt/daalt

Slide 21 - Slide

Lesdoel 12.5 
Je legt de regulatie van de water- en zouthuishouding door hormonen uit (leerdoel 15)

Slide 22 - Slide

Leerplan invullen

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Huiswerk
Opdrachten 12.5
Leerdoel 15




Slide 26 - Slide