What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
WG (2 basis) + LV (2 kader)
lijdend voorwerp
1 / 41
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
This lesson contains
41 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
lijdend voorwerp
Slide 1 - Slide
Hoe zat het ook alweer?
persoonsvorm
onderwerp
Slide 2 - Slide
Hoe vind je de pv?
Slide 3 - Open question
Wat is de pv in deze zin?
De fiets stond midden op straat geparkeerd.
A
fiets
B
stond
C
straat
D
geparkeerd
Slide 4 - Quiz
De PV is altijd een werkwoord.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quiz
Welke vraag stel je om het onderwerp te vinden?
Slide 6 - Open question
Wat is het onderwerp in deze zin?
De fiets stond midden op straat geparkeerd.
A
De fiets
B
fiets
C
op straat
D
midden op straat
Slide 7 - Quiz
Nieuw zinsdeel:
het werkwoordelijk gezegde (WG)
Het WG = alle werkwoorden in een zin
Die bloemen hebben een week voor het raam gestaan.
WG = hebben + gestaan
Slide 8 - Slide
LET OP:
De PV is altijd een werkwoord
De PV hoort dus ook bij het gezegde
Dit weekend wil ik mijn verjaardag vieren.
PV = wil
WG = wil vieren
Slide 9 - Slide
Wat is het wg in deze zin?
De fiets stond midden op straat geparkeerd.
A
fiets
B
stond
C
geparkeerd
D
stond geparkeerd
Slide 10 - Quiz
Wat is het wg in deze zin?
Ik moet van mijn moeder mijn kamer gaan opruimen.
A
moet
B
moet opruimen
C
moet gaan
D
moet gaan opruimen
Slide 11 - Quiz
Wat is het wg in deze zin?
In de afgelopen maanden ben ik vijf kilo aangekomen.
Slide 12 - Open question
OPDRACHT
2 basis > maak de opdrachten op het stencil
2 kader > extra uitleg LV ( nieuw zinsdeel)
Slide 13 - Slide
Nieuw zinsdeel:
het lijdend voorwerp (LV)
Bijna alle zinnen hebben een onderwerp en een werkwoordelijk gezegde.
Een zin kan nog meer zinsdelen hebben, bijvoorbeeld een lijdend voorwerp (lv).
Slide 14 - Slide
Hoe vind je het LV?
Stap 1: Zoek eerst pv, wg en ow!
Slide 15 - Slide
Hoe vind je het LV?
Stap 1: Zoek eerst pv, wg en ow!
Stap 2: Stel de vraag: Wat/Wie + gez + ow?
Slide 16 - Slide
Hoe vind je het LV?
Stap 1: Zoek eerst pv, wg en ow!
Stap 2: Stel de vraag: Wat/Wie + gez + ow?
Voorbeeld: Esmee won een Olympische medaille.
Wie/wat won Esmee?
Slide 17 - Slide
Hoe vind je het LV?
Stap 1: Zoek eerst pv, wg en ow!
Stap 2: Stel de vraag: Wat/Wie + gez + ow?
Voorbeeld: Esmee won een Olympische medaille.
Wie/wat won Esmee?
Stap 3: het antwoord = het LV
een Olympische medaille
Slide 18 - Slide
Let op:
Er staat niet altijd een lijdend voorwerp in de zin.
Slide 19 - Slide
Wat is het lijdend voorwerp?
'Peter heeft gisteren zijn scooterrijbewijs gehaald.'
A
Peter
B
gisteren
C
zijn scooterrijbewijs
D
heeft gehaald
Slide 20 - Quiz
In elke zin staat een lijdend voorwerp
A
juist
B
onjuist
Slide 21 - Quiz
OPDRACHT
1. Bedenk zelf een zin
2. Schrijf deze zin op
3. Wissel je blaadje met je buurman
4. Onderstreep het LV
5. Controleer samen of het antwoord klopt
Slide 22 - Slide
Bekijk de zin:
Shirley kocht zes rozen voor haar vriend voor Valentijnsdag.
Slide 23 - Slide
Zoek het lijdend voorwerp!
Shirley kocht zes rozen voor haar vriend voor Valentijnsdag.
A
rozen
B
zes rozen
C
haar vriend
D
Valentijnsdag
Slide 24 - Quiz
Bekijk de zin
Ik hou van bloemen en planten.
Slide 25 - Slide
zoek het lijdend voorwerp
Ik hou van bloemen en planten.
A
bloemen
B
bloemen en planten
C
van bloemen en planten
D
er is geen lijdend voorwerp
Slide 26 - Quiz
OPDRACHT
Maak de opdrachten op het blad
Slide 27 - Slide
Hoe vond je het gaan?
A
ik denk dat ik het helemaal begrijp.
B
ik vond het goed gaan, maar vind het wel moeilijk.
C
ik vind het moeilijk en heb meer oefening nodig
D
ik begrijp er nog niet zo veel van.
Slide 28 - Quiz
Begrijpen we het nog?
Slide 29 - Slide
Wat is de pv?
In de zomervakantie brak ik mijn arm.
A
In de zomervakantie
B
brak
C
ik
D
mijn arm
Slide 30 - Quiz
Wat is het ow?
In de zomervakantie brak ik mijn arm.
A
In de zomervakantie
B
brak
C
ik
D
mijn arm
Slide 31 - Quiz
Wat is de pv?
Anne heeft een nieuw spijkerjasje gekocht in de stad.
A
Anne
B
heeft
C
een nieuw spijkerjasje
D
heeft gekocht
Slide 32 - Quiz
Wat is het ow?
Anne heeft een nieuw spijkerjasje gekocht in de stad.
A
Anne
B
heeft
C
een nieuw spijkerjasje
D
heeft gekocht
Slide 33 - Quiz
Wat is de pv?
Wordt in de bioscoop ook cola light verkocht?
A
Wordt
B
in de bioscoop
C
verkocht
D
wordt verkocht
Slide 34 - Quiz
Wat is het ow?
Wordt in de bioscoop ook cola light verkocht?
A
cola light
B
in de bioscoop
C
verkocht
D
wordt verkocht
Slide 35 - Quiz
Wat is de pv?
Yentl en Celicia hebben allebei dezelfde zonnebril.
A
Yentl en Celicia
B
hebben
C
allebei
D
dezelfde zonnebril
Slide 36 - Quiz
Wat is het ow?
Yentl en Celicia hebben allebei dezelfde zonnebril.
A
Yentl en Celicia
B
hebben
C
allebei
D
dezelfde zonnebril
Slide 37 - Quiz
Wat is het ow?
Morgen krijgt mijn tachtigjarige opa een tablet op zijn verjaardag.
A
mijn opa
B
mijn tachtigjarige opa
C
een tablet
D
een tablet op zijn verjaardag
Slide 38 - Quiz
Wat is het ow?
Tijdens de toets moet iedereen stil zijn.
A
Tijdens de toets
B
moet
C
iedereen
D
stil zijn
Slide 39 - Quiz
Wat is ook alweer het werkwoordelijk gezegde?
Slide 40 - Open question
OPDRACHT
Basis > maak opdracht 3 op het stencil
Klaar? Controleer met je buurman de antwoorden
Kader > bespreken opdrachten in groepje
Slide 41 - Slide
More lessons like this
Lijdend voorwerp (2 kader)
January 2020
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Taalverzorging - grammatica H4 (klas 1A)
January 2020
- Lesson with
39 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Taalverzorging - grammatica H4 LV
April 2021
- Lesson with
39 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
Lijdend voorwerp
April 2023
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Les 5 (21 september 2024)
September 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Secondary Education
Age 12
zaterdag 14 oktober 2023
October 2023
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Secondary Education
Age 12,13
zaterdag 14 oktober 2023 (inleiding slot - lijdend voorwerp - toets)
September 2024
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Secondary Education
Age 12,13
redekundig ontleden H4.4 Talent
February 2018
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1