What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
H1 -H4 Pluriforme samenleving
Wat betekent pluriforme samenleving?
A
Een samenleving met veel gastarbeiders
B
Een samenleving van meerdere culturen en leefstijlen
C
Een samenleving met veel sociaal-economische maatregelen
D
Een samenleving met veel segregatie
1 / 27
next
Slide 1:
Quiz
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 3,4
This lesson contains
27 slides
, with
interactive quizzes
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Wat betekent pluriforme samenleving?
A
Een samenleving met veel gastarbeiders
B
Een samenleving van meerdere culturen en leefstijlen
C
Een samenleving met veel sociaal-economische maatregelen
D
Een samenleving met veel segregatie
Slide 1 - Quiz
Pluriforme samenleving
subcultuur
Tolerantie
Dominante cultuur
Socialisatie
Een samenleving met meerdere mensen van verschillende culturen
Verdraagzaamheid van mensen met een andere cultuur
Een cultuur die afwijkt van de dominante cultuur.
De normen, waarden en kenmerken die door de meeste mensen in een cultuur worden geaccepteerd.
Het proces waarbij iemand de waarden en normen van een cultuur krijgt aangeleerd.
Slide 2 - Drag question
Hoe heet het als je mensen dwingt of stimuleert zich aan de normen te houden?
A
sociale mobiliteit
B
socialisatie
C
sociale controle
D
socialiserende instituties
Slide 3 - Quiz
Wat is een voorbeeld van een etnische subcultuur?
A
Voetballers
B
Groningers
C
Bouwvakkers
D
Marokkanen
Slide 4 - Quiz
Er is sprake van sociale controle als:
A
Iemand er belang bij heeft
B
Iemand je niet vertrouwt
C
Iemand je graag wil volgen op Instagram
D
Iemand af en toe aanbelt om te vragen hoe het gaat
Slide 5 - Quiz
Wat is internalisatie?
A
Gedrag aanleren van je ouders
B
Genderneutraal gedrag
C
Gedrag automatiseren zonder dat je erbij nadenkt
D
Gedrag doen vanuit de groep
Slide 6 - Quiz
Wat is de beste omschrijving?
Een pluriforme samenleving is een samenleving met:
A
Veel etnische groepen.
B
Een grote culturele diversiteit.
C
Evenveel allochtonen als autochtonen.
D
veel verschillende culturen
Slide 7 - Quiz
Leerlingen van de middelbare school kunnen in overleg met een studiebegeleider kijken welke vakken ze extra kunnen volgen.
A
Individualistisch
B
collectivistisch
Slide 8 - Quiz
Asielzoekers die in Nederland mogen blijven zijn ...
A
Vluchtelingen
B
Arbeidsmigranten
C
Illegalen
D
Gastarbeiders
Slide 9 - Quiz
Shanti's ouders zijn naar Nederland verhuist toen hun land in 1975 onafhankelijk werd.
A
Immigrant uit een voormalige kolonie
B
arbeidsmigrant uit Oost-Europa
C
Gastarbeiders
D
Vluchteling
Slide 10 - Quiz
Zijn de zinnen waar of niet waar? Sleep de zinnen naar het juiste vakje.
WAAR
NIET WAAR
Asielzoekers krijgen altijd een verblijfsvergunning.
Mensen van buiten de EU krijgen nooit toestemming om in NL te werken.
Gezinshereniging betekent dat je met iemand uit het buitenland gaat trouwen.
Suriname en Indonesië waren vroeger koloniën van NL.
De meeste asielzoekers komen uit een oorlogsland.
Slide 11 - Drag question
Arbeidsmigranten binnen de EU
A
Mogen zonder voorwaarden komen
B
Mogen Nederland in, onder voorwaarden
C
Mogen Nederland niet in
Slide 12 - Quiz
Emigreren
Vooroordeel
Asielzoeker
Arbeidsmigranten
Illegaal
Inburgeringsexamen
Mensen die komen om in een land te werken, omdat er in hun eigen land geen werk is
Een oordeel geven over iemand zonder de feiten te kennen
Mensen die geen toestemming om hier te komen wonen en te werken
Mensen die in een ander land worden toegelaten als vluchteling
Verhuizen naar een land
Je moet voor deze test slagen als je naar Nederland wil komen
Slide 13 - Drag question
Welke van de volgende groepen zijn geen arbeidsmigranten?
A
Gastarbeiders in de jaren zestig
B
Bulgaren die in de bouw werken
C
ICT specialisten uit India
D
Surinamers begin jaren '80
Slide 14 - Quiz
Wanneer krijg je als asielzoeker een verblijfsvergunning?
JA
NEE
Als je uit een oorlogsland komt.
Als je in je eigen land gevaar loopt vanwege je mening.
Als je in je land gemarteld bent vanwege je geloof.
Als je in je eigen land in de gevangenis hebt gezeten.
Als je gezin al in Nederland is.
Als je in je eigen land geen werk kan vinden.
Slide 15 - Drag question
Deze stroming zegt dat ze luisteren naar de ''wil van het volk''
A
Ecologisme
B
Rechts-extremisme
C
Populisme
D
Sociaal-Liberalisme
Slide 16 - Quiz
Welk begrip hoort bij 'beperkend toelatingsbeleid'?
A
Progressief toelatingsbeleid
B
Regressief toelatingsbeleid
C
Conservatief toelatingsbeleid
D
Restrictief toelatingsbeleid
Slide 17 - Quiz
Sleep de juiste procedure naar de juiste stap.
Je komt terecht in een asielzoekerscentrum
Je hebt een gesprek met de Integratie en Naturalisatiedienst (IND)
Je krijgt een verblijfsvergunning en mag in Nederland blijven of mag niet blijven en gaat naar een uitzetcentrum.
Stap 1.
Stap 2.
Stap 3.
Slide 18 - Drag question
Nederland hanteert sinds de jaren tachtig een restrictief toelatingsbeleid. Dat betekent dat:
A
er geen migranten meer naar Nederland mogen komen.
B
er hele strenge voorwaarden zijn voor toelating van migranten.
C
het toelatingsbeleid versoepeld is en er sindsdien meer migranten naar Nederland komen.
D
alleen rijke migranten nog in Nederland toegelaten worden, arme mensen niet.
Slide 19 - Quiz
Integratie:
A
assimilatie
B
segregatie
C
integratie
Slide 20 - Quiz
Integratie
A
Overdreven beeld van een groep mensen
B
Passen nieuwkomers zich aan de dominante cultuur, maar houden ook hun eigen
C
Een oordeel over iemand of iets zonder dat je feiten of de persoon kent.
D
Onterecht verschil maken in de behandeling van mensen
Slide 21 - Quiz
Liberale visie
sociaaldemocratische visie
Christendemocratische visie
Slide 22 - Drag question
Sociaal Democraten
Christen Democraten
Liberalen
Gelijke kansen en eerlijke verdeling K.I.M.
Nieuwkomers helpen, zo snel mogelijk de taal leren, huis en werk.
Naastenliefde en Godsdienst
Nieuwkomers welkom met eigen godsdienst, christendom blijft belangrijkst voor de normen en waarden in NL
Vrijheid en eigen verantwoordelijkheid
Zelf zorgen voor hun eigen inburgering. Afkomst mag geen rol spelen voor je carrière.
Slide 23 - Drag question
Nederland moet een eigen leger vormen en moet bij overheidsaankopen de voorkeur geven aan goederen uit eigen land
A
protectionisten
B
internationalisten
C
globalisten
D
populisme
Slide 24 - Quiz
Populisme is altijd rechts.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 25 - Quiz
'Populisme' wil zeggen:
A
opkomen voor de arme bevolking en hoort bij links
B
opkomen voor de eigen bevolking en hoort bij extreem rechts
C
opkomen voor de rijke bevolking en hoort bij rechts
D
opkomen voor de Europese bevolking en hoort bij midden
Slide 26 - Quiz
Ons land moet weer van ONS worden.
A
Populisme
B
Confessionalisme
C
Socialisme
D
Liberalisme
Slide 27 - Quiz
More lessons like this
Hoofdstuk 5 Wat doet de overheid?
August 2020
- Lesson with
48 slides
by
Seneca Burgerschap
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 4
Seneca Burgerschap
H1 -H3 Pluriforme samenleving
January 2024
- Lesson with
28 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 3,4
H1 -H6 Pluriforme samenleving
November 2022
- Lesson with
41 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 3,4
Hoofdstuk 5 Wat doet de overheid?
August 2020
- Lesson with
48 slides
by
Seneca Burgerschap
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 4
Seneca Burgerschap
ML7 Integratie PFSL 4
June 2024
- Lesson with
19 slides
Maatschappijwetenschappen
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
herhaling H3/4 pluriforme samenleving
October 2021
- Lesson with
26 slides
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 3
H pluriforme samenleving paragraaf 3 & 4
May 2023
- Lesson with
28 slides
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 3,4
H6 Pluriforme Samenleving Herhaling
February 2024
- Lesson with
22 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3