Week 47 Nederlands 3 havo fictie

Nederlands 3 havo week 47
1 / 41
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 41 slides, with text slides.

Items in this lesson

Nederlands 3 havo week 47

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Nieuwe week & nieuwe taak

Slide 4 - Slide

Maar eerst...
 even ontspannen met een goed boek!

Slide 5 - Slide

Boekenlijst havo 3
  • Dit schooljaar 4 boeken
  • Niveau => zie lijst. Lijst bespreken.
  • Wil je een ander boek lezen, overleg met je docent Nederlands.








Boek 2





Boek 3





Boek 4






Slide 6 - Slide

Afspraken in de les

Algemene afspraken m.b.t. corona!


  • Je hebt je spullen op orde. Je hebt bij je: Kern (Nederlands lesboek), een schrift, een leesboek en pen/papier.
  • Spullen niet op orde: BV op Magister. 
  • Huiswerk niet op orde: HV op magister (ook als je huiswerk voor een deel af is).
  • Mobiele telefoons => bij start van de les in je tas. Een mobiele telefoon is alleen toegestaan als de docent het aangeeft.
  • Twee keer waarschuwen moet voldoende zijn! Zo niet, na de les bij de docent melden en dan maken we een afspraak hoe het in het vervolg beter kan in de les.

Slide 7 - Slide

PTD rapportperiode 1

Slide 8 - Slide

PTD rapportperiode 1

Slide 9 - Slide

Week 47  22 november t/m
 27 november 2021
Agenda
  • Weektaak 47: geen huiswerk
  • Donderdag 26 november: so over twee boeken
  • Code LessonUp: ftozd
  • Samenvatting theorie fictie staat op LessonUp. 

Slide 10 - Slide

Deze week: oefenen en voorbereiden voor het so!




Slide 11 - Slide

Deze week: oefenen en voorbereiden voor het so!




Slide 12 - Slide

Oefenvragen
1) Wat is een parodie? Noem een voorbeeld.
2) Kies één van je boeken. Wat kun je vertellen over de schrijfstijl. Benoem minimaal twee kenmerken.
3) Kies één van je boeken. Wat was je verwachting voordat je aan het boek begon en is die verwachting uitgekomen?
4) Kies uit elk boek je favoriete personage en leg uit waarom. Leg ook uit wat de overeenkomst is tussen de personages of juist de verschillen.
5) Leg uit wat een wisselend perspectief is.

Slide 13 - Slide




Fictie donderdag 25 november


Zie magister!

Slide 14 - Slide

Herhaling vorige week
Kernwoorden:

Fictie - stijl
Spelling

Slide 15 - Slide

Leerdoelen
Deze week:

  • leer je wat een plot is en leer je waaraan een goede tekst moet voldoen.
  • leer je hoe je levensechte personages verzint voor je verhaal.

Slide 16 - Slide

Uitleg theorie
Op de volgende dia's wordt de lesstof van deze week behandeld.

Slide 17 - Slide

24. Plot (p. 98)
Een goede plot is samen te vatten in één kernzin of 'premisse'.

Slide 18 - Slide

24. Plot

Slide 19 - Slide

25. Personages

Slide 20 - Slide

25. Personages

Slide 21 - Slide

25. Personages

Slide 22 - Slide

25. Personages

Slide 23 - Slide

26. Perspectief

Slide 24 - Slide

26. Perspectief

Slide 25 - Slide

26. Perspectief

Slide 26 - Slide

26. Perspectief

Slide 27 - Slide

26. Perspectief

Slide 28 - Slide

26. Perspectief

Slide 29 - Slide

26. Perspectief

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Lezen/maken
  • Zie bij weektaak.

Slide 32 - Slide

Evaluatie
  • Wat was het lesdoel en heb je voor jezelf het gevoel dat je lesdoel is behaald?

  • leer je wat een plot is en leer je waaraan een goede tekst moet voldoen.
  • leer je hoe je levensechte personages verzint voor je verhaal.

Slide 33 - Slide

Nakijken huiswerk
Vanaf volgende week


Slide 34 - Slide

Opdrachten weektaak 46


24. Plot

Maken  opdracht 1 en 5 op bladzijde 98/100

25. Personages

Maken opdracht 1 t/m 3 bladzijde 103

Slide 35 - Slide

Opdracht 1 bladzijde 98
Klassikaal bespreken

Slide 36 - Slide

Opdracht 5 bladzijde 100
a Annies grootste wens is om een familie te hebben.
 b Romeo’s probleem is dat hij met Julia wil trouwen terwijl haar familie de grootste rivaal is van zijn
  eigen familie.
 c Katniss’ doel is om levend weer uit de Hongerspelen komen.
 d Anne Franks wens is om de oorlog te overleven en schrijver te worden.

Slide 37 - Slide

Opdracht 1 bladzijde 103
a Scooby Doo
 b de GVR
 c E.T.
 d Sherlock Holmes
 e Willie Wortel


Slide 38 - Slide

Opdracht 2 bladzijde 103
Bijvoorbeeld: De Disney-film Frozen uit 2013.
 - Hoofdpersoon: Elsa
 - Helper: Anna
 - Schurk: Prins Hans
 - Bijfiguren: Kristoff, Olaf (sneeuwpop), Sven (rendier)


Slide 39 - Slide

Opdracht 3 bladzijde 103
a Bijvoorbeeld: jaloers, machtsbelust, manipulatief
 b Eigen antwoord.
 c Eigen antwoord. Let op dat de tekst is geschreven in de ik-vorm.

Slide 40 - Slide

OK!
Als je hier bent aangekomen, dan heb je je weektaak Nederlands afgemaakt!!!
 

Slide 41 - Slide