228E Ontwikkelingsstoornissen en problemen

Agenda
AWR / even landen
Theorie les
Energizer
Aan de slag / examen training
Pauze 15 min
Aan de slag / SLBI gesprekken

1 / 15
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Agenda
AWR / even landen
Theorie les
Energizer
Aan de slag / examen training
Pauze 15 min
Aan de slag / SLBI gesprekken

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Ontwikkeling in kaart brengen en ontwikkelingsproblemen 

Slide 3 - Slide

De ontwikkeling die kinderen doorlopen is heel verschillend, de een is groot, de ander klein. De een is al met 1.5 jaar zindelijk, de ander pas met 3 jaar. Sommige kinderen praten al met 4 jaar volle zinnen, de ander brabbelt nog wat. ​

Slide 4 - Slide

Soorten ontwikkeling 
De marge (ruimte) van de ontwikkeling is vrij groot, de aanleg van het kind bepaalt wanneer het ergens klaar voor is. ​


Welke kansen een kind krijgt om zich te ontplooien en te ontwikkelen hangt af van zijn omgeving.​

Het kan ook dat de ontwikkeling sinds de geboorte al achterloopt . Dan hebben de bovenstaande factoren er niks mee te maken.





Slide 5 - Slide

Voorbeelden
Wat zie jij op BPV?
Wanneer is iets problematisch?

Slide 6 - Slide

Wie bepaalt hoe de ontwikkeling verloopt?
De pedagogisch medewerkers brengen de ontwikkeling in kaart. Je kan denken aan het sociaal emotionele aspect, maar ook aan taal en spraak en motorische ontwikkeling. 

Het consultatiebureau speelt ook een zéér belangrijke rol. Hier wordt gekeken naar de totale ontwikkeling van een kind. 

Slide 7 - Slide

Er wordt objectief gekeken naar:
  • De algemene gezondheid
  • Sociaal emotionele ontwikkeling
  • Taalontwikkeling
  • Voeding
  • Groei
  • Slaapritme
  • Dagelijkse verzorging
  • Gedrag van het kindje
Dit noemen wij dan de totale ontwikkeling
Subjectief = een mening, een gevoel, een vermoeden of een waardeoordeel.
Objectief = argument of een feit. 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Problemen in de ontwikkeling
De oorzaak van ontwikkelingsproblemen kan zowel binnen áls buiten het kind liggen​


Binnen(intern) = Verstandelijke beperking​/ontwikkelingsstoornis
Buiten(extern) = Gezinsproblematiek​/omgeving

De omgeving van het kind is heel bepalend voor de ontwikkeling, het kan een kind een enorme voorsprong geven, maar ook zorgen dat het achterloopt. ​




Slide 10 - Slide

Noem een voorbeeld van een externe factor die de ontwikkeling van het kindje negatief kan beïnvloeden

Slide 11 - Open question

Risicofactoren
Problemen in de ontwikkeling zijn vaak te voorspellen en te verklaren vanuit risicofactoren.

  Risicofactoren zijn zaken die de kans op problemen vergroten. 

Slide 12 - Slide

Hoeveel risico?
Uit onderzoek is gebleken dat de kans op problemen niet verhoogd wordt als er sprake is van 1 risicofactor. Bij 2 of meer risicofactoren neemt de kans op problemen 3 maal toe. 

Slide 13 - Slide

Achterstand of stoornis
Ontwikkelingsachterstand: De ontwikkeling van het kind wijkt weinig af van het gemiddelde, de achterstand is in te halen. ​


Ontwikkelingsstoornis: Er is sprake van een duidelijke afwijking van de gemiddelde ontwikkeling. Een ontwikkelingsstoornis heeft een grote, negatieve invloed op de ontwikkeling. Vaak is deze invloed blijvend. 

Slide 14 - Slide

Voor extra informatie
Boeken:
In je basisboek bladzijde 267 over ontwikkelingsproblemen / stoornissen 
Documentaires: 
- Het is hier autistisch 
- Rotjochies  

Slide 15 - Slide