Burgerschap Les 1 Succesklas Omgangsvormen, normen en waarden

Burgerschap
Sociaal-maatschappelijke dimensie

1 / 19
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Burgerschap
Sociaal-maatschappelijke dimensie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Inhoud van deze les
Omgangsvormen
Normen en waarden

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel van deze les
Welke vormen van omgangsnormen zijn er?
Welke omgangsvormen vind ik belangrijk?

Wat zijn normen en waarden?
Je kan meerdere voorbeelden van beide noemen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over omgangsvormen?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Omgangsvormen
Vaak ongeschreven afspraken, regels en gewoonten
Formele omgangsvormen
Informele omgangsvormen

Slide 5 - Slide

‘BURP!’ Oh jee, een grote boer laten na het eten kan in Nederland echt niet. Maar als je in China had gezeten dan was dit een groot compliment geweest. Vaak weten we allemaal wat ‘netjes’ is om te doen in ons eigen land. Het zijn ongeschreven regels waar iedereen zich zo veel mogelijk aan houdt. Dit noemen we omgangsvormen. Omgangsvormen zijn afspraken, regels en gewoonten die we in Nederland gebruiken om op een respectvolle manier met elkaar om te gaan. Andere voorbeelden van omgangsvormen zijn dat we in Nederland ouderen altijd met ‘u’ aanspreken of dat je op tijd hoort te zijn voor een afspraak.
Er zijn formele en informele omgangsvormen. Formele omgangsvormen zeggen iets over hoe je met elkaar omgaat in een formele situatie zoals op je werk of op school. Je gaat bijvoorbeeld niet appen onder werktijd en komt vóór de bel de les in. Ook zijn er informele omgangsvormen. Dit gaat over hoe je met elkaar omgaat in een niet-officiële situatie. Bijvoorbeeld hoe je omgaat met je eigen vrienden en familie.
Formeel of informeel?
Ik kom op tijd op mijn werkafspraak.
A
Formeel
B
Informeel

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Formeel of informeel?
Ik geef mijn moeder altijd een knuffel voor ik wegga.
A
Formeel
B
Informeel

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Formeel of informeel?
Ik behandel de politie met respect.
A
Formeel
B
Informeel

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Formeel of informeel?
Ik trek mijn werkkleding aan voordat ik naar mijn werk ga.
A
Formeel
B
Informeel

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Formeel of informeel?
Ik ga via de achterdeur naar binnen als ik naar de buren ga.
A
Formeel
B
Informeel

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Waarde(n)vol
Normen en waarden

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Waarden
Ideaal, overtuiging of doel
Persoonlijk
Bijv. vriendschap, zelfstandigheid, eerlijkheid, zorgzaamheid of trouw.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Normen
Gedragsregels
Komen voort uit waarden
Praktisch en meetbaar
Bijv. geleende spullen teruggeven

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Bij welke waarde(n) hoort de volgende norm?
'Als je een relatie hebt, ga je niet vreemd.'
A
Trouw
B
Respect
C
Liefde
D
Privacy

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Bij welke waarde(n) hoort de volgende norm?
'Op een afspraak kom je op tijd.'
A
Punctualiteit
B
Veiligheid
C
Sportiviteit
D
Vriendschap

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Bij welke waarde(n) hoort de volgende norm?
'Je kijkt niet op iemand zijn telefoon.'
A
Behulpzaamheid
B
Respect
C
Privacy
D
Dankbaarheid

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Zelfstandige opdracht
Welke omgangsnormen zijn voor jou belangrijk? Schrijf voor de volgende situaties jouw belangrijkste omgangsvormen op in een Word-document: School, thuis, vrienden, werk.

Denk na over een situatie waar iemand anders met je omging dan je had verwacht of gehoopt. Dit mag een informele of formele situatie zijn. Beschrijf dit in hetzelfde Word-document.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen behaald?
Welke vormen van omgangsnormen zijn er?
Welke omgangsvormen vind ik belangrijk?

Wat zijn normen en waarden?
Je kan meerdere voorbeelden van beide noemen.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions