Nederlands woordenschat

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Nederlands woordenschat

Als je in Nederland bent geboren, is Nederlands automatisch je moedertaal

1. waar
2. niet waar

In het Nederlands vind je alleen leenwoorden uit het Engels, Latijn en Duits.

1. waar
2. niet waar

Zinnen zonder emotie zijn formele zinnen

1. waar
2. niet waar

Wat betekent "moedertaal"

Tim is Nederlands en gaat met zijn ouders vaak op vakantie naar Frankrijk. Hij spreekt intussen al een aardig woordje Frans. Hij heeft wel moeite met het verstaan van Franstalige mensen. Is Tim meertalig?

1. ja
2. nee

Selin spreekt thuis Turks en op school Nederlands. Wat is haar moedertaal? Leg je antwoord uit.

Ewan spreekt thuis Engels en krijgt op school ook Engels. Is Engels voor hem een vreemde taal? Leg je antwoord uit.

Geef een beschrijving van het Standaardnederlands.

Rijkstaal

Streektaal

Brabants

Gronings

Fries

Amsterdams

Zeeuws

Streektaal kan je soms

1. moeilijk verstaan
2. makkelijk verstaan

Streektalen bestaan

1. nog maar kort
2. al lang

Standaard Nederlands wordt gesproken in

1. Nederland
2. in de Randstad
3. alleen op radio en TV

Bij het vak Nederlands leer je

1. de officiële streektalen van Nederland
2. Standaard Nederlands
3. je eigen moederstaal

Uit welke taal namen we in het Nederlands het eerst woorden over?

1. Latijn
2. Duits
3. Engels
4. Russisch

Airbag

föhn

Paraplu

Bonsai

Frans

Engels

Duits

Japans

In welke twee zinnen staan leenwoorden?
(2 antwoorden zijn goed dus)

1. Als baby kon Sophie al heel goed brabbelen.
2. Ga je mee een eindje wandelen in het bos?
3. Ik heb een mooi cijfer
4. Ik klim gemakkelijk in die hoge boom omhoog.

Wat is een lettergreep?

Zet de bouwststenen van een taal in de volgorde van klein naar groot.

Letter

Lettergreep

Tekst

Woord

Zin

Verdeel het woord in lettergrepen.
boekenkast
(zet er een streepje tussen. Bijv. le-zen)

Verdeel het woord in lettergrepen.
tuinfeest
(zet er een streepje tussen. Bijv. le-zen)

Verdeel het woord in lettergrepen.
etalage
(zet er een streepje tussen. Bijv. le-zen)

Welke twee van de volgende beweringen zijn juist?
(2 antwoorden zijn goed dus)

1. Alle alfabetten van Europese talen hebben evenveel letters.
2. Een letterschrift is een verzameling hoofdletters.
3. Het Chinees heeft meer dan tienduizend karakters.
4. In het Arabisch is de schrijfrichting van rechts naar links.

In welke twee situaties gebruik je informele taal?

Welke taal wordt in de zinnen gebruikt?
Kies: formeel of informeel.
‘We gingen naar de bios en Fien deed echt zó raar!’

1. formeel
2. informeel

Welke taal wordt in de zinnen gebruikt?
Kies: formeel of informeel.
‘Dan zie ik u de 27e op het afgesproken adres. Tot dan!’

1. formeel
2. informeel

Welke taal wordt in de zinnen gebruikt?
Kies: formeel of informeel.
‘Yo, alles ok joh? Je zag er echt niet chill uit gister…’

1. formeel
2. informeel

Welke taal wordt in de zinnen gebruikt?
Kies: formeel of informeel.
‘Zal ik uw jas aannemen? Dan kunt u plaatsnemen.’

1. formeel
2. informeel

Met welke twee onderdelen van een taal bepaal je de toon van een boodschap?

1. De keuze van de woorden
2. De opbouw van de zinnen
3. De toonhoogte
4. Door een beetje stijf te praten

Verander de volgende zinnen van formeel naar informeel.

Graag zou ik u vragen om met mij mee te gaan.

Verander de volgende zinnen van formeel naar informeel.

Ik reken erop dat ik van u hoor als u deze brief ontvangen hebt.