Dag 3

Woorden
Thema 10:  Uiterlijk
1 / 12
next
Slide 1: Slide
ISKBasisschoolGroep 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Woorden
Thema 10:  Uiterlijk

Slide 1 - Slide

donker
  • er is weinig of geen licht
  • zin: In de nacht is mijn kamer donker.
  • zin: Ik heb een donkere trui aan.

Slide 2 - Slide

de duim
  • korte, dikke vinger
  • de duim - de duimen 
  • zin: Ik heb een dikke duim.
  • zin: Ik heb met een mes in mijn duim gesneden.

Slide 3 - Slide

de dood
  • einde van het leven 
  • verdrietig
  • zin: De man was lang ziek. Nu is hij dood.
  • zin:  Mijn poes is gisteren dood gegaan en daarom ben ik nu heel verdrietig.

Slide 4 - Slide

de enkel
  • deel van je been vlak boven je voet
  • bot met spieren
  • de enkel - de enkels
  • zin: De enkel van de jongen is dik en blauw. Hij heeft veel pijn. 

Slide 5 - Slide

fotoshoppen
  • foto's veranderen op de computer 
  • werkwoord
  • ik fotoshop - wij fotoshoppen
  • zin: Ik fotoshop mijn selfie altijd.

Slide 6 - Slide

In de nacht is mijn kamer donker.
Ik heb een donkere trui aan.
Ik heb een dikke duim.
Ik heb met een mes in mijn duim gesneden.
De man was lang ziek. Nu is hij dood.
De enkel van de jongen is dik en blauw. Hij heeft veel pijn.
Ik fotoshop mijn selfie altijd.

Slide 7 - Slide

Ik leef.
Dus ik ben niet ...........
3
A
doot
B
doodt
C
dodt
D
dood

Slide 8 - Quiz

Ik kan niet goed lopen.
Mijn ........... doet veel pijn.
3
A
enkhel
B
enkel
C
duim
D
teen

Slide 9 - Quiz

Maak een goede zin.
heb / twee duimen / ik
3

Slide 10 - Open question


Hij maakt zijn lichaam heel mooi op de foto.

3
A
liegen
B
fotoshoppen
C
fotosjoppen
D
uiterlijk

Slide 11 - Quiz

3
Wat hoort bij elkaar?
donker
nacht
dag
zwart

Slide 12 - Drag question