The Passive (lijdende vorm)

The Passive (lijdende vorm)
1 / 21
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

The Passive (lijdende vorm)

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

 Passive

Bij de lijdende vorm is het niet belangrijk wie iets doet, maar de actie is wel belangrijk. Dus wat er gebeurt.


Someone broke our kitchen window. > active


Our kitchen window was broken. > passive



Slide 5 - Slide

Hoe maak je een passive zin?

1. Het lijdend voorwerp uit de active zin vooraan zetten.

(wordt dus onderwerp!)


2. vorm van 'to be' toevoegen.

Kijk goed in welke tijd de werkwoord in de actief zin staat


3. Hoofdwerkwoord veranderen naar een voltooid deelwoord.


Slide 6 - Slide

What do you need to write the Present Passive
A
werkwoord +ed of 2e vorm
B
werkwoord +ed of 3e vorm
C
am-are-is + werkwoord + ed of 3e vorm
D
am-are-is + werkwoord + ed of 2e vorm

Slide 7 - Quiz

Why is the passive form useful?
A
to talk about things without knowing who did them
B
to talk about things without focussing on who did them
C
focussing on who did something
D
active sentences are too direct

Slide 8 - Quiz

Lijdende vorm

Het onderwerp van de zin ondergaat iets.

Het onderwerp voert de actie niet uit.


Example

Our kitchen window was broken by a burglar.

Slide 9 - Slide

Passive

present simple  (o.t.t.)> am/are/is + voltooid deelwoord 
past simple (o.v.t.)> was/were + voltooid deelwoord 


present perfect (v.t.t.)> have/has + been + voltooid deelwoord
past perfect (v.v.t.) > had + been + voltooid deelwoord

Hulpwerkwoord (can, could, must, would)>  + be + voltooid deelwoord

Slide 10 - Slide

Wie toevoegen

Wil je toevoegen 'wie' de actie uitvoert?

Dan kan je  'by' toe voegen en daarna de persoon/ding achter aan de zin te zetten.


The shoplifter was caught by the police.

Slide 11 - Slide

Let op!
Wil je toevoegen wie de actie uitvoert en staat er een tijdsbepaling in de zin?
Dan komt eerste de persoon en dan de tijd.
Staat de tijd vooraan de zin, dan laat je deze zo staan.

The shoplifter was caught by the police yesterday.

Slide 12 - Slide

The shop ____ yesterday.
A
was opened
B
is being opened
C
has been opened
D
is opened

Slide 13 - Quiz

The people who died in WWII .... this week.
A
was remember
B
were remembered
C
is remembered
D
are remembered

Slide 14 - Quiz

Verander naar passive:
My grandfather built this house in 1943.

Slide 15 - Open question

Verander naar passive:
The cleaner has cleaned the office.

Slide 16 - Open question

Examples

The door is opened.  > is + voltooid deelwoord
The shoplifter was caught.  > was + voltooid deelwoord


Expensive jewels have been stolen. > have + been + voltooid deelwoord.

The case will be heard next week. > will + be + voltooid dw
The door can be locked now. > hulpww + be + volt dw.


Slide 17 - Slide

Let op!

Staat de zin in de present continuous of past continuous, dan moet je being toevoegen.


She is writing a new book.
A new book is being written by her.

(am/are/is + being + voltooid deelwoord)

Slide 18 - Slide

Verander naar passive:
She was writing a song at that time.

Slide 19 - Open question

Now it's time to see if you got it!

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide