samenvatting hoofdstuk 1 paragraaf 4 tot met 7

Hoeveel dagen heeft men bedenktijd bij "koop op afstand"?
A
15
B
7
C
8
D
14
1 / 15
next
Slide 1: Quiz
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoeveel dagen heeft men bedenktijd bij "koop op afstand"?
A
15
B
7
C
8
D
14

Slide 1 - Quiz

vandaag
  • lessonup vragen doornemen samenvatting hoofdstuk 1
  • Ben je hiermee klaar test jezelf inlogcode 276534
  • neem de samenvatting in je boek goed door blz. 36 tot met 38


Slide 2 - Slide

Wat wordt bedoeld met een vergelijkend warenonderzoek?
A
Een onderzoek waarbij verschillende producten met elkaar worden vergeleken
B
Een onderzoek naar welke producten de consument wil hebben
C
Een onderzoek waarbij gelijksoortige producten met elkaar worden vergeken

Slide 3 - Quiz

Casus 
Lies Adams heeft vorig jaar een elektrische fiets bij Fietsenwinkel.nl gekocht. Sindsdien rammelt er van alles aan haar gloednieuwe e-bike, waarvoor ze 2000 euro heeft betaald. 

Slide 4 - Slide

Is de koopovereenkomst die Lies heeft gesloten geldig?
A
Ja, want Lies heeft betaald voor de fiets.
B
Nee, want er is een ondeugdelijk product geleverd.
C
Ja want Lies heeft de fiets gekregen .
D
Ja,er zijn afspraken gemaakt tussen Lies en lfietsenwinkel.nl over betaling en levering van de fiets

Slide 5 - Quiz

Waar kan Lies terecht het beste eerst terecht wanneer ze er met Fietsenwinkel.nl niet uitkomt?
A
Bij de rechter.
B
Bij de geschillencommissie Tweewielers.
C
Bij de burgemeester en wethouders van haar woonplaats,
D
Bij een consumentenorganisatie

Slide 6 - Quiz

Doordat Lies de fiets online heeft gekocht heeft zij
A
recht op geld terug.
B
recht op een nieuwe fiets.
C
recht om van de koop af te zien.
D
geen van deze rechten.

Slide 7 - Quiz

Waar heeft Lies wel recht op?
A
Reparatie van haar fiets.
B
Een vervangende fiets.
C
Geld terug.
D
Ze heeft nergens recht op.

Slide 8 - Quiz

stap 1
stap 2
stap 3
Recht op reparatie
Recht op geld terug
Recht op vervanging

Slide 9 - Drag question

Je kunt niet zomaar een klacht indienen bij De Geschillencommissie. Wat moet je als consument eerst doen?
A
Eerst een uitgebreide brief schrijven waarin je de situatie beschrijft
B
Je moet eerst proberen samen met de verkoper tot een oplossing komen
C
Je moet het product (aankoop boven €50,-) binnen 14 dagen terugsturen
D
Je moet eerst bij de rechter zijn geweest

Slide 10 - Quiz

Juist of onjuist?
De uitspraak van de Stichting Geschillencommissie Consumentenzaken (SGC) is BINDEND.
A
Juist
B
Onjuist
C
dat ligt eraan of je het er mee eens bent of niet
D
dat is afhankelijk van de tijd van het jaar

Slide 11 - Quiz

Wat is een keurmerk?
A
Een logo dat helpt bij het kopen van voedselproducten
B
Een merk dat op producten staat
C
Een logo dat aangeeft of een product goed is of niet
D
Een logo dat mensen verleidt bij het kopen van producten

Slide 12 - Quiz

Wat zijn deze afbeeldingen?
A
Keurmerk
B
Vergelijkingssite
C
Consumenten-organisaties
D
Huismerken

Slide 13 - Quiz

Het snijpunt van vraag en aanbod noem je:
A
gevaarlijk
B
waardeloos
C
geen winst geen verlies
D
evenwicht

Slide 14 - Quiz

Bij welke prijs en hoeveelheid ontmoeten vraag en aanbod elkaar?
A
€600 en 300 stuks
B
€400 en 600 stuks
C
€600 en 400 stuks
D
€500 en 300 stuks

Slide 15 - Quiz