Ik weet hoe een ruimtefiguur in elkaar zit.
Succescriteria
Ik kan vlakke figuren en ruimtefiguren van elkaar onderscheiden.
Ik weet wat de begrippen grensvlakken, ribben en hoekpunten betekenen.
Ik kan uitzoeken hoeveel grensvlakken, ribben en hoekpunten een ruimtefiguren heeft.
Ik weet wat een draadmodel is.