This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Op de markt voor kopieermachines zijn vraag en aanbod als volgt: Qv = -2P + 10 Qa = 3P – 5 Q de hoeveelheid (× 1.000) en P de prijs in euro’s (× 1.000) weergeven. Bereken de omzet bij marktevenwicht.
A
€ 3 miljoen
B
€ 8 miljoen
C
€ 12 miljoen
D
€ 50 miljoen
Slide 5 - Quiz
Welke bewering is juist of onjuist? I. Als de evenwichtsprijs voor een bepaald product € 30 is, zullen consumenten met een hogere betalingsbereidheid, bijvoorbeeld € 40, dit product niet kunnen kopen. II. Als de evenwichtsprijs voor een bepaald product € 30 is, zullen producenten met een lagere leveringsbereidheid, bijvoorbeeld € 20, dit product niet aanbieden.
A
Beide beweringen zijn juist.
B
Beide beweringen zijn onjuist.
C
Bewering I is juist en bewering II is onjuist.
D
Bewering I is onjuist en bewering II is juist.
Slide 6 - Quiz
Edwin leest in een krantenartikel ‘Werkgevers durven vaak niet op te treden, omdat ze bang zijn dat werknemers weglopen.’ Edwin begrijpt dit wel. Het is namelijk op het moment moeilijk om aan personeel te komen. Welke situatie op de arbeidsmarkt is er kennelijk? Er is in verhouding
A
veel vraag naar arbeid en veel aanbod van arbeid.
B
veel vraag naar arbeid en weinig aanbod van arbeid.
C
weinig vraag naar arbeid en veel aanbod van arbeid.
D
weinig vraag naar arbeid en weinig aanbod van arbeid.
Slide 7 - Quiz
Op de markt voor kopieermachines zijn vraag en aanbod als volgt: Qv = -2P + 10 Qa = 3P – 5 Q de hoeveelheid (× 1.000) en P de prijs in euro’s (× 1.000) weergeven. Bereken de evenwichtsprijs.
A
€ 1.000
B
€ 3.000
C
€ 5.000
D
€ 15.000
Slide 8 - Quiz
Cock en Harold van restaurant De Botermarkt bedenken maatregelen om de arbeidsproductiviteit van de serveersters in het restaurant te laten stijgen. Cock denkt erover om het restaurant een uur eerder te sluiten. Hij verwacht dat de afzet van de menu’s ondanks deze maatregel gelijk zal blijven. Zal de gemiddelde arbeidsproductiviteit per serveerster in menu’s per dag stijgen, dalen of gelijk blijven als Cock het restaurant een uur eerder sluit?
A
De gemiddelde arbeidsproductiviteit in menu’s per dag daalt dan.
B
De gemiddelde arbeidsproductiviteit in menu’s per dag stijgt dan.
C
De gemiddelde arbeidsproductiviteit in menu’s per dag blijft dan gelijk.
Slide 9 - Quiz
Welke bewering is juist of onjuist? I. Er is sprake van een positief verband tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid. II. De betalingsbereidheid is de minimale prijs die aanbieders voor hun product vragen.
A
Beide beweringen zijn juist.
B
Beide beweringen zijn onjuist.
C
Bewering I is juist en bewering II is onjuist.
D
Bewering I is onjuist en bewering II is juist.
Slide 10 - Quiz
Aan de slag
Opdrachten hoofdstuk 6 afmaken plus bouwstenen 6.1
Opdrachten hoofdstuk 7 afmaken
Zelf een samenvatting/begrippenlijst maken
Voorbereiden op je toets
Let op geen spelletjes op laptop anders plan ik een extra uur voor je in!