Publiek vaststellen + inleiding en slot

Maandag 20 januari 2025
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3,4

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Maandag 20 januari 2025

Slide 1 - Slide

20-01-2025
  • Lezen
  • Herhaling theorie: publiek vaststellen / afbeeldingen / tekstopbouw / inleiding / slot / verwijswoorden
  • Aan de slag!

Slide 2 - Slide

Lezen
Lezen in je gekozen boek van de bieb. Heb je geen boek bij je, dan ga je het nieuws lezen. 

Wanneer je het nieuws moet lezen, vat je dit na de 10 minuten samen voor de rest van de klas.
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Publiek vaststellen
  • Een schrijver denkt ook na over het publiek.
  • Kan schrijven voor een algemeen publiek of speciale doelgroep.
  • Bijvoorbeeld: voor kinderen, jongeren, volwassenen of ouderen, voor mannen of vrouwen, of voor een doelgroep met een bepaalde hobby of beroep, met veel kennis over het onderwerp.

Slide 4 - Slide

Afbeeldingen
  • Verschillende doelen:
  • Een afbeelding trekt de aandacht van de lezer.
  • Een afbeelding is nodig om de tekst te begrijpen.
  • Een afbeelding maakt de tekst duidelijker.
  • Een afbeelding maakt de tekst grappig.
  • Een afbeelding geeft een bepaalde sfeer of maakt de tekst aantrekkelijk.




Slide 5 - Slide

Tekstopbouw
- inleiding, middenstuk en slot. 
- In de alinea’s van het middenstuk behandelt de schrijver het onderwerp van de tekst, waarbij elke alinea gaat over een nieuw deelonderwerp. Vaak maken tussenkopjes duidelijk wat het deelonderwerp is in een of meer alinea’s.

Slide 6 - Slide

Inleiding
In de inleiding probeert de schrijver de aandacht van de lezer te trekken. 
Verschillende manieren:
  • het onderwerp van de tekst noemen;
  • een belangrijke vraag over het onderwerp stellen;
  • een probleem noemen;
  • een grappig of herkenbaar verhaaltje vertellen;
  • iemands persoonlijke ervaring vertellen;
  • aanleiding noemen




Slide 7 - Slide

Slot
In het slot rondt de schrijver de tekst af. 
Ook dit kan op verschillende manieren:

  • een samenvatting geven;
  • een conclusie trekken;
  • antwoord geven op een belangrijke vraag;
  • de oplossing voor een probleem geven;
  • een advies geven of een oproep doen.




Slide 8 - Slide

Verwijswoorden
  • In alinea's komen geen onnodige herhalingen voor.
  • I.p.v. eerder genoemde woorden of zinnen gebruikt de schrijver verwijswoorden. 

  • Verwijswoorden zoals: hij, zij, dat, die en daar.

Slide 9 - Slide

Opdracht: Waar verwijst het naar?
timer
0:30

Slide 10 - Slide

Huiswerk
Wat
Maken:
Lezen blok 2: 
Blok 2.14 (4.1 t/m 4.4)
Wanneer
Volgende les.
Hoe
Geen muziek.
Zachte overlegstem met je buurman/vrouw.
Klaar?
Check of je 2.13 af hebt.
Ga naar cambiumned.nl en dan naar onderwerp lezen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Slide 13 - Link