This lesson contains 13 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
8.2 Bepalingen
Slide 1 - Slide
Planning
Doelen van deze les
Maak 13 en 14.
Chromatografie.
Onderzoeksschema voor kwalitatief onderzoek
Maak 16 t/m 19.
Slide 2 - Slide
Lesdoelen
Ik kan de aantoningsreacties benoemen voor de volgende stoffen: zetmeel, glucose, CO2 en hard water.
Ik weet wat chromatografie is en kan dit beschrijven.
Ik kan rekenen aan Rf-waarden.
Slide 3 - Slide
Kwantitatief/kwalitatief
Kwalitatief: zit een stof erin.
Kwantitief: hoeveel van de stof zit erin.
Sprectrofotometrie bekijkt of de stof er is: kwalitatief
Colorometrie meet de concentratie: kwantitatief
Slide 4 - Slide
Practicum 1
Zetmeel aantonen
Slide 5 - Slide
Waarmee kan je de onderstaande stoffen aantonen?
Een gloeiend houtje vlamt erin op.
Wit kopersulfaat
Kalkwater
Aansteken, je hoort een 'blafje'
Waterstof
Water
Zuurstof
Koolstofdioxide
Slide 6 - Drag question
Slide 7 - Video
Maak opdracht 13 en 14
timer
10:00
Denk de eerste 5 minuten zelf na over het werkplan.
Je mag de andere 5 minuten overleggen (fluisterend) met je buurman/buurvrouw.
Slide 8 - Slide
Chromatografie - algemeen
Kwalitatieve analysemethode
Geschikt voor vloeibare en vaste stof mengsels.
Scheiding van mengsels op basis van oplosbaarheid.
Voor aantonen van stoffen en zuiveren van mengsels.
Slide 9 - Slide
Papierchromatografie
Papier (stationaire fase)=hydrofiel
Oplosmiddel (mobiele fase) = hydrofoob
Meest hydrofobe stof houdt van hydrofobe oplosmiddel en eindigt hoger op het chromatogram.
Gele stof is dus meest hydrofoob hier.
Slide 10 - Slide
Chromatografie - werking
Gebruik van twee fasen: mobiele (beweegbare) fase en stationaire (stilstaande) fase.
Eén fase is hydrofiel, de andere fase is hydrofoob.
Afhankelijk van oplosbaarheid van de stof in het monster in de loopvloeistof en het aanhechtingsvermogen aan het papier, beweegt de stof in meer of mindere mate met de mobiele fase mee.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Maak opdrachten 13, 14, 16 t/m 19.
Leer daarnaast alle soorten van kwalitatief onderzoek.
Kwantitatief onderzoek experiment 1 en
kwantitatief onderzoek doen we volgende week en bereid experiment 3, 4 en 6 voor.