... heb je 1 tekst voor de dorpskrant uitgeschreven.
Slide 2 - Slide
Aan het einde van deze les ...
... heb je de tekst die je vorige les hebt uitgeschreven nagekeken, aangepast en verbeterd en opgeplakt in je papieren krant.
... heb je nog een tekst voor de dorpskrant uitgeschreven.
Slide 3 - Slide
Checklist
Op de volgende slides volgt een aantal vragen die bedoeld zijn om je tekst te verbeteren / nog beter te maken.
Neem ze goed door en doe er ook daadwerkelijk iets mee!
Dus: eerst checken, dan verbeteren, aanpassen en optimaliseren!
Slide 4 - Slide
Aan de slag!
Zoek de tekst op die je vorige les hebt geschreven.
Verbeter deze met behulp van de checklist op de volgende slides.
Slide 5 - Slide
Interpunctie: Begin en eind van de zin
Begint iedere zin met een hoofdletter? Eindigt iedere zin met een punt, vraagteken of uitroepteken?
A
Ja? --> check!
B
Nee? --> pas aan, voeg toe!
C
Een beetje? --> pas aan, voeg toe
Slide 6 - Quiz
Interpunctie in de zin
Staan er komma's in de zinnen? Tussen 2 persoonsvormen en voor voegwoorden (omdat, zodat, daardoor, etc)?
A
Ja? --> check!
B
Nee? --> pas aan, voeg toe!
C
Een beetje? --> pas aan, voeg toe
Slide 7 - Quiz
Spelling
Zijn alle (werk)woorden goed gespeld? Zijn tikfouten verbeterd?
A
Ja? --> check!
B
Nee? --> pas aan, voeg toe!
C
Een beetje? --> pas aan, voeg toe
Slide 8 - Quiz
Zinsbouw
Klopt de woordvolgorde van de zinnen?
A
Ja? --> check!
B
Nee? --> pas aan, voeg toe!
C
Een beetje? --> pas aan, voeg toe
Slide 9 - Quiz
Alinea's
Bestaat je tekst uit alinea's?
A
Ja? --> check!
B
Nee? --> pas aan, voeg toe!
C
Een beetje? --> pas aan, voeg toe
Slide 10 - Quiz
Titel en tussenkopjes
Heeft je tekst een titel (en tussenkopjes) die nieuwsgierig maken?
A
Ja? --> check!
B
Nee? --> pas aan, voeg toe!
C
Een beetje? --> pas aan, voeg toe
Slide 11 - Quiz
Titel en tussenkopjes
Heeft je tekst een titel (en tussenkopjes) die nieuwsgierig maken?
A
Ja? --> check!
B
Nee? --> pas aan, voeg toe!
C
Een beetje? --> pas aan, voeg toe
Slide 12 - Quiz
Creatief taalgebruik
Zit er een vorm van beeldspraak of een stijlfiguur in je tekst?
A
Ja? --> check en onderstreep!
B
Nee? --> voeg toe en onderstreep!
Slide 13 - Quiz
Creatief taalgebruik
De zelfbedachte bewoner komt in de tekst voor en maakt wat mee. Hierin komt je fantasie duidelijk naar voren.
A
Ja? --> check!
B
Nee? --> voeg toe!
C
Een beetje --> voeg nog meer toe!
Slide 14 - Quiz
Uitschrijven tekst 2
In les 9 heb je de inhoud voor de teksten verzameld.
Pak deze erbij voor 1 van de 3 teksten die jij gaat uitschrijven.
Kies het papier waarop je wilt gaan schrijven.
Schrijf je tekst uit en onderstreep de gebruikte verplichte onderdelen (meervoud znw. /verwijzingen/samenstelling/ samentrekking/beeldspraak/ stijlfiguur)
Klaar met schrijven? Lees de tekst nog een keer door en pas foutjes aan.