Boven en ondervacht- weten zodat je goed kan verzorgen!
Korthaar: boxer, dobermannpincher, dalmatiër. Kort stevig dekhaar.
Stokhaar: rottweiler, labrador (stokhaar met kort dekhaar), bordercollie, Duitse herder (stokhaar met lang dekhaar). Met onderwol.
Ruwhaar: ruwharige teckel, cairnterrier, foxterrier. Met onderwol.
Halflangharig: Ierse setter, Drentsche patrijshond, heidewachtel, golden retriever. Weinig onderwol.
Langharig: bobtail, briard, Hollandse schapendoes, Berner sennenhond, newfoundlander. Veel onderwol.
Kroeshaar: poedel, bichon frisée. Voornamelijk onderwol.
Vilthaar: komondor, puli. Veel en lang onderwol.
Zijdevachten: maltezer, yorkshire terriër. geen onderwol.
TEVEEL BORSTELEN = niet oke-- Dan trek je ook de nieuwe haren eruit en daar reageert de huid op. Heel de dag in de rui.