B&L periode 9 les 2 observeren 2.1 - 2.4

B&L leerjaar 3
  • Vorige week uitleg over het vak en de opdrachten
  • Deze week observeren
1 / 17
next
Slide 1: Slide
sportMBOStudiejaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

B&L leerjaar 3
  • Vorige week uitleg over het vak en de opdrachten
  • Deze week observeren

Slide 1 - Slide

Inhoud
  • Leerdoelen
  • Observeren
  • Waarnemingsfouten
  • Observatiemethoden
  • Methodisch observeren
  • Leerdoelen behaald?

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je weet wat observeren is en kent de eisen aan een goede observatie
  • Je weet wat waarnemen is en kent de veel voorkomende waarnemingsfouten
  • Je kunt geschikte observatiemethoden inzetten

Slide 3 - Slide

Observeren
Observeren: 
  • bewust en doelgericht waarnemen met als doel informatie verzamelen
Waarnemen:
  • is het ontvangen van signalen uit je omgeving
Interpreteren: 
  • is het betekenis geven aan waargenomen verbale en non-verbale signalen

Slide 4 - Slide

Wat zie je?

Slide 5 - Open question

Wat zie je?

Slide 6 - Open question

Eisen aan een observastie
  • Betrouwbaar
  • Valide
  • Objectief
  • Nauwkeurig
  • Onafhankelijk

Slide 7 - Slide

Waarnemingsfouten
  • Selectief waarnemen
  • Subjectief waarnemen
  • Begin en eind
  • Contrast
  • Halo- en horn-effect
  • Projectie

Slide 8 - Slide

Observatiemethoden
  • Participerende/niet participerende observatie
  • Kwalitatief (beschrijvend, event sampling, beoordelingsschalen en checklist)
  • Kwantitatief (time samling)

De methode moet je noemen in opdracht 2 en uitleggen waarom je voor een bepaalde methode kiest.

Slide 9 - Slide

Methodisch observeren
  • Bepalen van het doel
  • Bepalen van het te observeren gedrag
  • Kiezen van een passende observatiemethode
  • Kiezen van hulpmiddelen
  • Bepalen van de observatiesituatie
  • Bepalen van de manier van registreren

Slide 10 - Slide

Aan welke 5 eisen moet een goede observatie aan voldoen?

Slide 11 - Open question

Welke uitleg hoort bij welke waarnemingsfout?
Wat je aan het begin en eind ziet blijft het beste hangen.
De één ziet andere dingen met observeren dan een ander.
Iedereen kijkt met zijn eigen persoonlijke manier en vervormt min of meer de werkelijkheid.
Selectief waarnemen
Subjectief waarnemen
Begin en eind

Slide 12 - Drag question

Van welke observatiemethode is de afbeelding een voorbeeld?
A
Beschrijvende observatie
B
Time sampling
C
Event sampling
D
Beoordelingsschaal/ checklist

Slide 13 - Quiz

Van welke observatiemethode is de afbeelding een voorbeeld?
A
Beschrijvende observatie
B
Time sampling
C
Event sampling
D
Beoordelingsschaal/ checklist

Slide 14 - Quiz

Van welke observatiemethode is de afbeelding een voorbeeld?
A
Beschrijvende observatie
B
Time sampling
C
Event sampling
D
Beoordelingsschaal/ checklist

Slide 15 - Quiz

Leerdoelen behaald?
  • Je weet wat observeren is en kent de eisen aan een goede observatie
  • Je weet wat waarnemen is en kent de veel voorkomende waarnemingsfouten
  • Je kunt geschikte observatiemethoden inzetten

Slide 16 - Slide

Volgende keren
Vrijdag 
  • voorbeeld uitwerking opdracht 2 (vaardigheidsniveau)
  • werken aan opdracht 1 en 2
Neem de sportleider als begeleider deel 1 en 2 mee
Volgende online les
  • Specifieke doelgroepen

Slide 17 - Slide