Kleding Test

SGT Kleding
1 / 34
next
Slide 1: Slide
NT2Speciaal OnderwijsLeerroute 1

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

SGT Kleding

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

PraatPlaat
- Werk met 2 of 3 personen
- Bekijk de PraatPlaat 
- Welke kamers ken je?
- Welke spullen ken je?
- Schrijf de woorden op de PraatPlaat 
- Denk aan spelling! 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?
Herhalen seizoenen/dagen van de week/maanden
De klank van de dag
Thema rond de school


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Welke is weg?
januari
februari
maart
april
mei
juni
juli
september
oktober 
november
december

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Welke is weg?
januari
februari
maart
april
mei
juni
juli
augustus
september
november 
december

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Welke is weg?
januari
februari
maart
april
juni
juli
augustus
september
oktober
november 
december

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Welke is weg?
januari
februari
april
mei
juni
juli
augustus
september
oktober
november 
december

Slide 7 - Slide

De kinderen kunnen dit op een wisbordje schrijven

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

opstaan
ik sta op
aantrekken
ik trek ... aan
opzetten
ik zet .... op
uittrekken
ik trek .... uit
weggaan
ik ga weg
ophalen
ik haal ... op
meenemen
ik neem .... mee

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

de rok
Ik draag graag een lange rok.
de jurk
De bruid draagt een witte jurk.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

de trui
Deze trui is lekker warm.
de hoed
De hoed staat je goed.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

de pet
Ik draag  vaak een pet in de zomer.
het T-shirt
Welk T-shirt is wit?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

de kleren
  • de kleding 
  • zin: Ik doe mijn kleren aan.
  • zin: Ik doe mijn kleren uit.
  • zin: Ik koop mijn kleren vaak in een tweedehandswinkel.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Welke kleren draag je graag?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Wat is dit?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Wat is dit?

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

de bril

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

de jas

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

de muts

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

de sjaal

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

de rok

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

De tas
De armband

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

De ring
De ketting
De zonnebril
De badjas
Het vest
De pyjama

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Ondergoed draag je ...... je kleren
A
onder
B
boven
C
in
D
met

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

De jas hangt ...... de kapstok.
A
in
B
boven
C
van
D
aan

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Thema 5 "de kleding" is
A
gemakkelijk.
B
moeilijk.

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions