Basisgrammatica NT2 verkleinwoorden

Welke verkleinwoorden weet je?
1 / 17
next
Slide 1: Mind map
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welke verkleinwoorden weet je?

Slide 1 - Mind map

Verkleinwoorden
Verkleinwoorden
 een kleine hand / een handje
een kleine stoel / een stoeltje
 een klein raam / een raampje

Slide 2 - Slide

Verkleinwoord? Gebruik HET !
Bij een verkleinwoord gebruik je het lidwoord "het"!
Het kind > het kindje
De hond > het hondje
De deur > het deurtje

Slide 3 - Slide

De regels
- je
- pje
- tje
-etje
-m
-l, -n,-w,-r
-a,-o,-u, -e !!
-lastige uitspraak
> uit het hoofd
het handje
het boekje
het visje
het briefje
het taartje
het boompje
het raampje
het oompje

het stoeltje
het schoentje
het vrouwtje
het deurtje
het autootje
het parapluutje
het balletje
het ringetje
het jongetje

Slide 4 - Slide

Lezen!
Ik heb een klein huis met een kleine tuin. Mijn kleine auto staat voor de deur. Ik woon ook in een klein dorp met een leuke kleine kerk.
In mijn wc zit een klein raam. Mijn kleine kat zit vaak voor het raam van de kamer. Ze kijkt naar de kleine vogel in de kleine boom in de tuin.
In een kleine kamer van mijn huis staat mijn wasmachine.

Slide 5 - Slide

een klein huis
een kleine tuin
een kleine auto
een klein dorp
een kleine kerk
een klein raam
een kleine kat
een kleine vogel
een kleine boom
een kleine kamer
...........
........
........
........
.........
.........
.......
......
.......
........

Slide 6 - Slide

de klas
A
het klastje
B
de klasje
C
het klasje
D
het klaspje

Slide 7 - Quiz

de teen
A
de teentje
B
het teentje
C
de teenje
D
het teenetje

Slide 8 - Quiz

de muur
A
het muurtje
B
het murtje
C
het muurpje
D
het muurje

Slide 9 - Quiz

de boom
A
het boomje
B
het bommetje
C
de boompje
D
het boompje

Slide 10 - Quiz

de pen
A
het penje
B
het pentje
C
het pennetje
D
het penetje

Slide 11 - Quiz

de deur

Slide 12 - Open question

de telefoon

Slide 13 - Open question

de bal

Slide 14 - Open question

de fiets

Slide 15 - Open question

de jongen

Slide 16 - Open question

Ik begrijp hoe ik woorden kan verkleinen
šŸ˜’šŸ™šŸ˜šŸ™‚šŸ˜ƒ

Slide 17 - Poll