AGAA C6 week 3: Astma bij volwassenen - NHG standaard herzien

NHG Standaard Astma
bij volwassenen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Geneesmiddelkennis ApothekersassistentenMBOStudiejaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

NHG Standaard Astma
bij volwassenen

Slide 1 - Slide

Wat is een andere naam voor een exacerbatie?

Slide 2 - Open question

Een op de 5 mensen heeft naast astma nog een andere chronische aandoening.
Wat is de meest voorkomende andere aandoening bij astma?
A
allergische rhinitis
B
eczeem
C
COPD
D
depressie

Slide 3 - Quiz

Welke stelling is waar?

Stelling 1:
De belangrijkste risicofactor voor astma is allergie en astma kan op alle leeftijden ontstaan.
Luchtwegobstructie is meestal reversibel.

Stelling 2:
De belangrijkste risicofactor voor COPD is roken en COPD ontstaat meestal boven de 40 jaar.
Luchtwegobstructie is meestal irreversibel.
A
stelling 1 en 2 beide niet waar
B
stelling 1 waar stelling 2 niet waar
C
stelling 1 niet waar stelling 2 waar
D
beide stellingen zijn waar

Slide 4 - Quiz

Het stappenplan van inhalatiemedicatie astma bij volwassenen bestaat uit 5 stappen.
Wat is stap 1?
A
SABA of ICS / formoterol zo nodig
B
SABA
C
lage dosis ICS/LABA
D
ICS

Slide 5 - Quiz

Wat is stap 2 van het stappenplan inhalatiemedicatie bij astma voor volwassenen?
A
Lage dosis ICS of lage dosis ICS-formoterol zo nodig bij klachten
B
ICS-formoterol als onderhoud en SABA als zonodig
C
Lage dosis ICS + LABA of intermediaire dosis ICS (zonder LABA)
D
Triple therapie met LABA, LAMA en ICS

Slide 6 - Quiz

Tot welke geneesmiddelgroep behoort salmeterol?
A
LABA
B
LAMA
C
SABA
D
SAMA

Slide 7 - Quiz

Welke LABA werkt het snelst in?
A
formoterol
B
salbutamol
C
salmeterol
D
vilanterol

Slide 8 - Quiz

Een astmapatiënt gebruikt een SABA (bijvoorbeeld salbutamol).
Wanneer zeggen we dat astma niet goed onder controle is?
A
Overmatig SABA-gebruik (meer dan 2x per week)
B
Overmatig SABA-gebruik (meer dan 3x per week)
C
Overmatig SABA-gebruik (meer dan 4x per week)
D
Overmatig SABA-gebruik (meer dan 5x per week)

Slide 9 - Quiz

Na hoeveel maanden kan bij stabiele astmapatiënten worden overwogen om de onderhoudsmedicatie af te bouwen tot de laagste effectieve dosis ICS, al dan niet in combinatie met een LABA.
A
3 maanden
B
6 maanden
C
9 maanden
D
12 maanden

Slide 10 - Quiz

Welk combinatiepreparaat wordt éénmaal daags gedoseerd als onderhoudstherapie bij astma?
A
budesonide / formoterol
B
beclomethason / formoterol
C
fluticason / salmeterol
D
fluticason / vilanterol

Slide 11 - Quiz

Stelling:
Inhalatiecorticosteroïden hebben bij rokende astmapatiënten minder effect dan bij niet-rokers.
A
de stelling is waar
B
de stelling is niet waar

Slide 12 - Quiz

Een astmapatiënt gebruikt twee maal daags een inhalatiecorticosteroïd en heeft daarnaast 3 tot 5 keer per week salbutamol nodig.
Zal de huisarts het beleid aanpassen en zo ja, hoe?
A
De huisarts past het beleid niet aan
B
Vervanging van de SABA door een LABA
C
De dosering ICS ophogen of een LABA toevoegen aan de inhalatiecorticosteroïd
D
Vervanging van SABA door LAMA

Slide 13 - Quiz

Een patient gebruikt chronisch fluticason 2 dd 500 μg en salbutamol zo nodig.
De patient komt in de apotheek en levert een recept in voor een orale stootkuur prednisolon.

Welk middel mist u eigenlijk in de medicatie als u kijkt naar de richtlijnen voor de behandeling van astma?
A
LAMA
B
LABA
C
leukotrieen - receptorantagonist
D
niets

Slide 14 - Quiz

Bij welk type inhalator is de variatie in dosisafgifte en de variatie in deeltjesgrootte relatief groot?
A
droogpoederinhalator
B
dosisaërosol
C
ademgestuurde inhalator
D
softmist inhalator

Slide 15 - Quiz

Volgens het stappenplan inhalatiemedicatie astma bij volwassenen komt een lage dosis inhalatiecorticosteroid met formoterol al in stap 1.
In welke stap komt fluticason met salmeterol?
A
stap 1
B
stap 2
C
stap 3
D
stap 4

Slide 16 - Quiz

Welke twee langwerkende luchtwegverwijders in combinatie met een inhalatiecorticosteroïd zijn NIET geregistreerd bij astma?
A
salmeterol en formoterol
B
indicaterol en olodaterol
C
formoterol en indicaterol
D
olodaterol en salmeterol

Slide 17 - Quiz

Welke twee combinaties van een ICS met een LABA zijn geregistreerd voor 'zo nodig gebruik' naast onderhoudstherapie bij astma?
A
beclometason/formoterol en budesonide/formoterol
B
beclometason/formoterol en fluticason/salmeterol
C
budesonide/formoterol en fluticason/salmeterol
D
budesonide/salmeterol en fluticason/salmeterol

Slide 18 - Quiz

In het stappenplan inhalatiemedicatie astma bij volwassenen is stap 5 doorverwijzing naar een longarts.
Wat is stap 4?
A
Onderhoudsbehandeling met een LABA en een intermediaire tot hogere dosering ICS
B
Onderhoudsbehandeling met een LABA en lage dosis ICS
C
Toevoeging van tiotropium aan onderhoudsbehandeling met een LABA en lage dosis ICS
D
Toevoeging van montelukast aan onderhoudsbehandeling met een LABA en lage dosis ICS

Slide 19 - Quiz

Na het inhaleren van een inhalatiecorticosteroid blijft altijd wat van het middel achter in de mond- en keelholte. Soms kan dit heesheid of een schimmelinfectie (bij 5% van de gebruikers) in de mond- en keelholte veroorzaken.
Dit kan men deels voorkomen door na het inhaleren tweemaal te gorgelen met water: de eerste keer gorgelen, spoelen en uitspugen; de tweede keer gorgelen, spoelen en doorslikken.
Bij welke inhalatiecorticosteroïd is de kans op schimmelinfecties het kleinst?
A
fluticason
B
budesonide
C
beclomethason
D
ciclesonide

Slide 20 - Quiz

Op basis van symptomen wordt onderscheid gemaakt tussen een ernstige en een minder-ernstige longaanval astma.
Aan hoeveel van onderstaande criteria moet iemand minimaal voldoen om te spreken van een ernstige longaanval?
1. (een toename van de) benauwdheid in rust, moeite met uitspreken van een hele zin, niet plat
kunnen liggen
2. hoge ademfrequentie
3. versnelde hartslag >100/minuut
4. Saturatie O2 < 94%
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 21 - Quiz

Bij de behandeling van een ernstige longaanval is de dosering prednison 40mg.
Hoe lang is de prednisolon kuur bij een volwassene?
A
5 dagen
B
7 dagen
C
14 dagen
D
5 tot 14 dagen

Slide 22 - Quiz