Je weet hoe je de toets kunt voorbereiden
Je oefent met de woorden uit dit hoofdstuk
Je weet wat een achtervoegsel is
Je weet wat een voorvoegsel is
Je kunt woorden met een voor- of achtervoegsel herkennen
Je leert afleidingen van landen en steden herkennen
Je stelt al je vragen en ontvangt antwoorden