This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
verkooples
Slide 1 - Slide
create.kahoot.it
Slide 2 - Link
create.kahoot.it
Slide 3 - Link
Hoe zou jij als klant behandeld willen worden?
Slide 4 - Mind map
Waar erger jij je aan in een winkel?
Slide 5 - Mind map
Slide 6 - Video
onderdelen verkoop gesprek
een verkoop gesprek bestaat uit 3 onderdelen:
- ontvangen van klant
-advies geven
-afronden
Slide 7 - Slide
ontvangen klant
- aanspreken (instapmoment)
-begroeten
-openingszin zeggen
Slide 8 - Slide
advies geven
-Koopwens onderzoeken
-Advies geven
-Prijs noemen
Slide 9 - Slide
Afronden
-Afhandelen
-Bijverkoop
-Afscheid nemen
Slide 10 - Slide
ontvangen klant
Slide 11 - Slide
advies geven
Slide 12 - Slide
afronden
- Vraag of de klant nog andere vragen of wensen heeft. Verwijs eventueel naar de juiste afdeling.
- Als een klant een product koopt, kun je proberen er iets bij te verkopen (bijverkoop). Je kunt bijvoorbeeld een klant die een kom met vissen koopt adviseren om voeding bij te kopen. Vraag het altijd vriendelijk, dring niet aan, maar informeer gericht: heeft u al vissenvoeding in huis? Dit doe je pas als de klant over zijn andere aankopen besloten heeft. Als verkoper kun je meet omzet creëren.
- Bedien je ook de kassa, reken dan af.
- Pak het product in. Dit kan op twee manieren: decoratief of geschikt voor transport. Als het een cadeau, gebruik je folie of inpakpapier. Je kunt de verpakking versieren met lint of kaartjes. Als het product kwetsbaar is en extra beschermd moet worden tijdens het vervoer pak je het in zodat het geschikt is voor transport.
- Verleen service. Dit betekent gratis iets extra’s voor de klant doen, bijvoorbeeld extra goed inpakken of helpen tillen. Zorg ervoor dat een klant tevreden naar huis gaat.
Slide 13 - Slide
Verkoopvaardigheden
stellingen
Slide 14 - Slide
1. Voor verkoper moet je echt in de wieg zijn gelegd: je kunt het niet leren
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quiz
2. Een goede verkoper kan goed luisteren
A
Waar
B
Niet waar
Slide 16 - Quiz
3. Bij verkopen gaat het er vooral om, om zoveel mogelijk aan de klant aan te smeren
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
4. Bij het begin van een verkoopgesprek is het goed om direct ter zake te komen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quiz
5. Als een klant bezwaren heeft tegen jouw product of dienst, betekent dat dat hij niet geïnteresseerd is
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
6. Een verkoopgesprek gaat vaak volgens een vaste volgorde
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
7. Hoewel er verschillende klanttypen bestaan, hoef je daar geen rekening mee te houden tijdens je verkoopgesprek
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
8. Een verkoopgesprek kun je voorbereiden
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quiz
9. Als je klant niet koopt na je gesprek, is deze klant in de toekomst niet interessant
A
Waar
B
Niet waar
Slide 23 - Quiz
10. Als je over een goede babbel beschikt, ben je al voor 90% een goede verkoper
A
Waar
B
Niet waar
Slide 24 - Quiz
11. Een goede verkoper probeert altijd de duurste dienst of het duurste product te verkopen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 25 - Quiz
12. Het is onbeleefd of tijdens een verkoopgesprek meer proberen te verkopen dan wat de klant aanvankelijk aangaf te willen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 26 - Quiz
13. Tijdens een verkoopgesprek mag je best liegen of overdrijven