Tot begin dit jaar kon Roger nog vlot praten, vandaag zijn zijn woorden soms onverstaanbaar.
“Toon eens je kleinkinderen”. Irene geeft haar man een fotoalbum. Traag bladert Roger door het boekje tot zijn vinger blijft hangen boven enkele beelden met lachende kindergezichtjes. “Goed zo”, geeft Irene hem een compliment. Roger lacht. “Dat doet hij heel vaak. Dat hij zo opgewekt is, geeft mij de kracht om vol te houden en voor hem te zorgen.”
Irene krijgt hulp van de dienst maatschappelijk werk van CM. Zij brachten haar in contact met heel wat diensten die haar in de thuiszorg kunnen ondersteunen. In oktober gaat zij met Roger op reis met Samana (vroeger Ziekenzorg). Als Irene zelf niet op haar man kan passen, helpt een thuisoppas. Elke donderdag gaat Roger naar het passantenhuis, een dagverzorgingscentrum. Dan kan Irene haar boodschappen doen of papieren in orde brengen.